zondag 30 december 2018

Droeve ogen

Het jaar is weer bijna voorbij. Al heb ik het gevoel dat ik nog pas eenieder die mij lief is een mooi nieuwjaar heb gewenst. De tijd gaat als een komeet, zeker wanneer je ouder wordt. Mijn acceleratievermogen is niet meer gelijk aan coureurs in een Formule-1 race. Kortom, ik ben geen Max Verstappen meer. Nee, ik hoor inmiddels bij het leger senioren dat alsmaar uitdijt. Mijn leven wordt zachtjesaan kwetsbaarder, minder spannend. Minder spannend? Vreemd eigenlijk, omdat de spanning op onze aardkloot alsmaar stijgt dankzij dombo Trump en nog een aantal van die mafkezen. Daar zijn de perikelen - zoals geconstrueerd in het BD - rond het Bossche winterparadijs kruimelwerk. Niet om droevig van te worden. Alhoewel. Afgelopen zaterdag liep ik in de Vughterstraat ter hoogte van de altijd volle Rituels smeerwinkel. Er kwam een vrouw, behangen met Rituels tassen, met haar twee kinderen naar buiten. 'Waar is papa nou?', zei haar zoontje. 'Geen paniek, hij komt zo. Het is druk in de parkeergarage', zei de moeder. 'Dat zie je vorige keer ook en toen kwam hij niet omdat hij boos was op jou', zei haar zoontje weer. Haar ogen stonden ietwat droef. 'Hij is nu niet boos, hij komt heus wel'. Ik liep door, ofschoon ik wel benieuwd was naar de afloop.

Gisteravond, nadat ik in de VK een knap staaltje van onderzoeksjournalistiek over het werken bij Bol.com had verorberd, floepte ik de tv aan. In het mapje 'mijn opnames' stond nog een 2Doc over Nadia Murat die dit jaar in Stockholm de vredesprijs kreeg uitgereikt. Nadia is VN-ambassadeur. Zij  is al op jonge leeftijd voor altijd verminkt, zowel lichamelijk als geestelijk. Zij leidde als Jezidisch meisje een onbekommerd leven in een dorp in Noord Irak totdat IS haar dorp binnenviel en praktisch het hele dorp uitmoordde. Dit omdat de bewoners Jezidisch waren en dat was in hun ogen een verboden religie. Meisjes en vrouwen werden opgesloten  in een kamp en heel bruut seksueel misbruikt. Ook Nadia. Op wonderbaarlijke manier wist ze gelukkig te vluchten wetende dat bijna haar hele familie was vermoord. Ondraaglijk moet dat zijn. Nadia reist sinds 2015 bijna de hele wereld over om te vertellen over de verschrikkingen die in haar dorp gepleegd zijn door IS barbaren. Nadia hoopt zo dat er meer aandacht en ooit gerechtigheid komt. De ogen van Nadia staan droevig, Haar pijn lijkt mij onverdraagzaam. Toch vindt ze steeds de moed en de kracht om haar verhaal te vertellen. Vandaag als de klok om middernacht twaalf keer slaat wensen we elkaar zonder droeve ogen een mooi en vredig 2019 toe, wetende dat het maar voor even is.


vrijdag 23 november 2018

Schildpadjournalistiek


Ik ben naar een lezing van het Erasmusfestival Brabant geweest, in de Toonzaal ofwel de oude synagoge. De lezing ging over de stand van de onderzoeksjournalistiek. Deze tak van sport heeft het zwaar in een tijd waarin de Trumperiaanse leugen haast de waarheid neersabelt en follow the money leidend is. Kortom, onderzoeksjournalistiek is geen eenvoudige opgave voor een journalist die als een Sherlock Holmes zijn/haar werk gedegen wil doen. Een spannend thema, maar wordt het ook een spannende avond? Ton Rombouts is voorzitter van het Erasmusfestival en opende de avond en daarmee het festival. Iedereen in de zaal weet dat Ton oud-burgemeester is, maar Ton zou geen Ton zijn als hij dat niet nog maar eens zou benadrukken.

Ik denk dat hij zich nog wel een beetje burgemeester voelt.  Maar ik moet toegeven dat, dankzij Ton, ik wel wist dat we in onze stad een burgemeester hadden. Dat weet ik nu amper, want ik vind zijn opvolger behoorlijk onopvallend in het Bossche. Enfin, het Erasmusfestival Brabant is begonnen. Maar hoort Erasmus niet bij Rotterdam? Jawel, maar Erasmus schijnt heel even in onze stad te hebben gewoond, vandaar! In zijn openingsspeech zei Ton en passant dat hij in de 1e Kamer voor de gekozen burgemeester heeft gestemd, terwijl hij daar eigenlijk tegen is. Maar ja, in het Haagse politiek geldt een andere mores dan in het Bossche. Zo weten we ook dat Ton als senator actief is voor het CDA in de landelijke politiek. Ton staat graag in de schijnwerper. En dat hoeven we niet te onderzoeken, dat is een feit. 

Na Ton kwam Idis Debruyne, een Belgische journalist, een verhaal houden over Barbara Ehrenreich en de kracht van onderzoeksjournalistiek. Barbara – voor mij een grote onbekende - heeft in de VS in haar journalistieke werk een stem gegeven aan groepen die niet of nauwelijks gehoord worden. Dat is zowel onderzoeksjournalistiek als participatiejournalistiek. Zij ontvangt hiervoor volgende week de Erasmusprijs. Na de lezing zouden drie onderzoeksjournalisten met elkaar in discussie gaan over dit onderwerp. Op mijn schoot lag een aantekenboekje en in mijn hand een over de datum zijnde balpen.

Mijn aantekenboekje is dicht gebleven, ik hoorde geen aansprekende zaken die ik mijn column zou kunnen gebruiken. Alleen het woord schildpadjournalistiek, gebezigd door Eric Alink, is mij bijgebleven. Schildpadjournalistiek staat kennelijk bij Eric synoniem voor onderzoeksjournalistiek. Traag voortbewegen om achter de waarheid te komen. En daar hebben we steeds minder zin in, ook ik. Het moet snel duidelijk zijn. 

Ik ben nu aan het onderzoeken en probeer nu als schildpad langs allerlei energieleveranciers te lopen nu mijn vorige energieleverancier failliet is gegaan. Wie is het groenst? Wie is het goedkoopst? Wie is het meest betrouwbaar? Het aanbod van leveranciers met dit predikaat is groot. Na een kwartier scrollen op mijn laptop was ik er wel klaar mee en koos ‘Pure Energie’. Dat klinkt veelbelovend. Maar of ze het groenst, het goedkoopst en betrouwbaar zijn? Ik weet het niet, maar ik weet wel dat schildpadgedrag mij niet goed past. Ik ben te gehaast!

zondag 11 november 2018

Geluksmoment


Het is vandaag de elfde van de elfde. In het Bossche barstte om precies elf over elf het carnavalsseizoen los dat tot zo ongeveer het voorjaar van 2019 zal duren. Carnaval is in onze stad zo langzaamaan een halfjaarlijkse uitlaatklep geworden om de hectiek van het dagelijks drukke bestaan in de weekenden weg te moffelen. Het aantrekken van het carnavalsjasje zou ik een soort van geluksmoment willen noemen. Daarna ga je drinken, dansen en vrijen om te overleven in een omgeving die helaas meer en meer aan het verharden is.  

In Parijs, zo’n 500 kilometer verderop, werd elf minuten eerder het einde van de gruwelijke Eerste Wereldoorlog herdacht, een oorlog waar in vier jaar tijd 16 miljoen mensen zinloos de dood in werden gejaagd. Hoe groot kan het contrast zijn op deze bewolkte zondag. In het roodwitgeel gekleurd Den Bosch feesten met het goudgeel nat in de hand en in Parijs in aanwezigheid van veel hotemetoten de miljoenen slachtoffers herdenken die geen geluk hebben gehad. Het contrast tussen geluk en ongeluk ofwel dood of leven is enorm. Freek de Jonge heeft er ooit een prachtig liedje over geschreven met als titel ‘Er is leven na de dood”.  En zo is het. Of je het nou leuk vindt of niet. Dood gaan we allemaal, maar ieder op z’n tijd. Het leven is geluk hebben, al snap ik niet zo goed waarom de een meer geluk heeft dan de ander.

Gisteravond had ik weer een eetclubsessie. Er kwamen veel heerlijkheden op tafel. Dat noem ik een soort van eetgeluk en over geluk ging het plotseling ook aan tafel. Dit nadat we met allen hadden vastgesteld dat er in ons land best veel wordt geklaagd en gemopperd, ondanks het hoge ‘geluk’ cijfer volgens het CBS . Laten we de proef op de som nemen moet een van mijn tafelgenoten gedacht hebben. ‘Wie van jullie is gelukkig’? Met een glimlach bracht ze het glas rode wijn tot aan de lippen en zei uitdagend: ‘laten we een rondje doen, wie begint er’?

Even was het stil rond de vierkante tafel. Toen werd de bal teruggekaatst door een andere tafelgenote. ‘Wat is geluk? Dat je tevreden bent’? Tsja, het is niet zo simpel te verklaren. Op internet kwam nogal wat definities van geluk tegen. De voor mij de meest in het oog springende is de situatie waarin de diepste behoeften is verwezenlijkt. Kortom een gelukssituatie: het genot van een orgasme, of van een patatje met mayonaise of de postcodeloterij winnen. Zeg het maar. Ik zei meteen:  geluk bestaat niet, het is kortdurend gevoel van genot. Het is puur emotie wat je zo maar kan overkomen.  We zaten met achten om tafel om over geluk te praten. Ik was als laatste aan de beurt, maar zover kwam het niet. Dat was mijn geluksmomentje!  

zondag 28 oktober 2018

Klem



In de spannende tiendelige tv-serie ‘Klem’ spelen Jakob Derwig en Barry Atsma een duo dat elkaar niet ligt, maar door allerlei verwikkelingen tot elkaar zijn veroordeeld. Ze zitten klem. In onze stad ken ik ook twee, in dit geval een D’66er en een VVD’er, die klem zitten in wat zo langzamerhand een tiendelige soap is geworden: het winterparadijs. Wethouder Mike van der Geld en burgemeester Jack Mikkers hebben er een zootje van gemaakt, althans dat lees ik in het BD. Zo erg zelfs dat Joris Linssen vroegtijdig de stekker uit de kerstboom heeft getrokken. Het amateuristische gedoe heeft de deur dichtgedaan, de lichtjes in de boom gedoofd. Nee, dit jaar op de Parade geen tranentrekkende verhalen opgetekend door Joris Linssen. De karavaan bezoekt andere steden waar ze het wel voor elkaar hebben.

Alom boosheid en woede in de Raad. ‘De gemeente staat klem, we moeten verantwoording nemen’, zegt Paul Kagie van Leefbaar ’s-Hertogenbosch. ‘Trek het boetekleed aan’, aldus Judith Hendrickx van de Bossche Groenen. Het klinkt allemaal nogal dramatisch, maar voor de oppositie is dit een welkom inkoppertje. De coalitiepartijen zijn iets voorzichtiger, maar vinden een bijdrage aan het winterparadijs onontkoombaar. Marianne van der Sloot: ‘de 30.000 euro voor Joris kerstboom moet het uitgangspunt zijn’. Dat bedrag heeft de gemeente kennelijk gereserveerd. Tsja, daar kun misschien wel een ijsbaan voor huren, toch. Nu snap ik de heisa niet zo goed rond het winterparadijs. Of beweeg ik me nu op glad ijs! De laatste edities van het winterparadijs waren aardig, en daar heb ik alles mee gezegd!

Intussen houden de twee hoofdrolspelers Mike en Jack vooralsnog de hand op de knip en roemen slim de kracht van de stad. Wat bedoelen ze daar nou mee? Moeten we herstellen van een aardbeving? Zo dramatisch is het ook weer niet. Een winterparadijs is leuk, maar niet meer dan dat. Zonder een gevulde Parade lust ik me kerstkonijn toch wel. Maar alle gekheid op een stokje: ik gun iedere Bosschenaar een winterparadijs op de Parade. Ik vind het mooi dat er mensen zijn die zich inspannen om er toch iets van te maken.

Zelfs Jeroen Bosch gaat zich ermee bemoeien. Onze kunstschilder heeft immers in 2016 onze stad op de wereldkaart gezet. Dankzij hem wordt het meer inhoudelijk en meer zintuiglijk. Mooi. Maar wat lees ik: de kerstboom is onmisbaar, die gaat ook weer als wensboom met kaartjes en/of flessen dienen, maar dan minder verdrietig. Alleen geboortekaartjes of wenskaartjes in de boom? ‘Er komen ook kermisachtige attracties, want dat hoort nu eenmaal bij een wintermarkt. Dus er komen een poffertjeskraam, een carrousel en een grote ijsbaan’, zegt Bernard Kuenen. Kortom, er verandert niet zoveel. Jeroen Bosch maakt ook niet het verschil. Over klem zitten gesproken! 

donderdag 18 oktober 2018

De weg kwijt


Van de week zag ik bij AH in de Vughterstraat een oud collega. Hij schuifelde voetje voor voetje voort. Het mandje van zijn rollator puilde uit van bonusaanbiedingen. Twee producten voor de prijs van een. Dan is mandje al snel vol. Ik herkende hem niet meteen. Hij mij wel. We raakten aan de praat. Het eerste wat ik uit beleefdheid steevast altijd vraag is: hoe gaat het met je? Ik weet dat ik dat eigenlijk beter niet kan doen, want het gaat bijna nooit goed met iemand. Het is vaak tobben met de gezondheid of het gaat over de Haagse zakkenvullers of over lastige Medelanders. Met hem gaat het ook niet goed. Hij sukkelde nogal met zijn gezondheid, was al een paar keer gedotterd, slikte bloedverdunners en nog veel meer goedbedoelde rotzooi. ‘Ik heb ook nog een lichte vorm van Alzheimer, zei hij tussendoor.
Even zweeg hij, keek me vorsend aan. ‘Heb jij nog geen Alzheimer? Jij bent ook niet meer de jongste’. Nu kan ik best ad rem reageren. Misschien wel, zei ik lachend. Ik herkende jou niet meteen. Hij kon niet echt om mijn grapje lachen. Hij zag de lol er niet van in, maar ik wist ook wel dat hij niet snel ergens de humor van inzag. 'Nee, het leven vind ik nogal gecompliceerd, want ook mijn vrouw mankeert van alles. Mijn vrouw kan niet veel meer met haar handen doen, die voelen heel pijnlijk. Dat betekent dat ik iedere dag moet koken. Daar heb ik niet altijd zin in, want het is niet mijn grootste hobby.  Dus koop ik af en toe kant-en-klaar maaltijden. Die smaken ook best en wat ik erover heb gelezen zijn ze best gezond’. 
Ik keek in zijn rollatormandje en zag  twee AH Kip saté met nasi en twee AH Saté ajam met bami liggen. Kun je toch mooi samen twee dagen van smikkelen waarvan notabene een dag gratis. Dat noem ik bonuseten! Een beetje leunend op zijn rollator vroeg hij of nog ik naar Spanje ging. Hij wachtte mijn antwoord niet af. ‘Wij gingen altijd in de winter naar Benidorm. Dat doen we niet meer. Nu ik Alzheimer heb durf ik dat niet meer, want ik ben bang dat ik daar de weg kwijt raak’. Zijn we zo af en toe niet allemaal de weg kwijt, zei ik verzachtend. Hij glimlachte minzaam en schuifelde met zijn rollator naar de kaas bonusaanbieding.


donderdag 20 september 2018

Vooruit, achteruit!




We gaan er allemaal op vooruit! Zozo! Maar waar gaan we in vooruit? Ik weet het niet. Een ding weet ik wel. Vooruit gaan is altijd beter dan achter uitgaan, want dan gaat het niet goed met je. Ik las dat ik volgend jaar 35 euro per maand meer krijg. Een hele sprong voorwaarts. Of toch niet? Volgens mij moet ik volgend jaar wel meer gaan betalen voor mijn boodschappen, zorgverzekering en energiekosten. Als ik dat snel uitreken ga ik er helemaal niet op vooruit. Ik kan het vooruit gaan afstrepen tegen het op achteruit gaan. Uitkomst: nul euro vooruitgang. Wat een gelul allemaal over die vermaledijde koopkrachtplaatjes. Ik schiet er helemaal niets mee op. Niet dat ik dat erg vind, maar ik houd niet van dat gezwam en die valse beloftes uit de Haagse politieke arena.  

Gelukkig zag ik een mooie Maxima naast onze koning zitten. Dat maakte Prinsjesdag goed. Jammer genoeg heeft ze onze koning niet kunnen overhalen om recalcitrant te zijn in zijn troonrede, want stiekem had ik gehoopt dat hij niets had gezegd over de dividendbelasting. Het viel mij trouwens op dat de koning nadat hij had verkondigd dat de dividendbelasting wordt afgeschaft een beetje van slag was. Immers de meerderheid van zijn volk wil niet dat de dividendbelasting wordt afgeschaft. Hij haperde zo af en toe bij het uitspreken van de zinnen. En Maxima keek ook niet vrolijk, er zat iets niet goed. Ik proefde bij het instappen in de Glazen Koets al iets van kilte tussen de echtelieden.  

Los daarvan sprak onze koning ook mooie woorden. ‘Meer mensen zouden concreet moeten gaan merken dat het goed gaat thuis, op het werk en in de wijk.  Ook moeten ze ervaren dat de politiek er voor iedereen is’. In mijn platenkast heb ik nog een cd staan van De Dijk met daarop een nummer met als titel: ‘De wereld is van iedereen, iedereen is van de wereld’. Een mooi nummer, maar helaas is de realiteit velen male weerbarstiger. Dus vroeg ik me af wie in de regering bedacht had dat de politiek voor iedereen is en dat we meer naast elkaar moeten gaan staan. Dat zou alleen Carola Schouten kunnen zijn! Dat de politiek van iedereen is heb ik niet gemerkt bij de algemene beschouwingen in de Tweede Kamer. Het is niet naast elkaar staan, maar juist tegenover elkaar. En dat bedoelde onze koning niet. De politiek blijft mannetjesmakerij  met dit keer een hoofdrol voor VVD’er Dijkhoff. Hij kan zo lid worden van de PVV. Misschien kan Dijkhoff de rol van Gaston overnemen en de straatprijs van de postcodeloterij gaan uitreiken, kan ie gelijk horen of ze Hollands spreken!

maandag 10 september 2018

Rutte afschaffen, da's pas lachen!



Lili  & Howick hebben gelukkig gewonnen van Mark & Mark. Er waren, na de extra tijd, wel penalty’s nodig om de volledig uit de hand gelopen wedstrijd in hun voordeel te beslissen. Hun wanhopig (wel of niet in scene gezet) weglopen was de overlopende druppel én tevens de redding voor VVD-staatssecretaris Mark Harbers. De veiligheid van de kinderen was in het geding en daarom heb ik besloten om mijn discretionaire bevoegdheid te gebruiken, zei hij. Of ik dat geloof? Voor geen meter, voor zelfs geen millimeter.

Ik denk dat vooral de CU een belangrijke rol heeft gespeeld om hem hiertoe te dwingen, want anders…….. Ze voeren ook niet voor niets de C van christelijk in hun partijnaam. Hun medecoalitiegenoot het CDA heeft ook de C van christelijk, maar die zwegen. Bij deze partij kan de C de prullenbak in, blijft over DA. Aangezien deze partij dicht tegen de VVD aan schuurt kan het gewoon een partij worden: VVDA. Gewoon allebei een letter inleveren en klaar is Kees. Dat maakt het gezwets over de afschaffing van de dividendbelasting ook iets gemakkelijker voor Rutte, Dijkhoff en Buma. 

Goed, dat gezegd hebbende wil ik het nog even over Mark Rutte hebben. Vrijdag zei hij in zijn (wekelijkse) persconferentie dat je soms hard moet zijn en hij doelde op de zaak Lili & Howick. Hard zijn tegen twee onschuldige kinderen! Wat onsmakelijk. Ik ben geen Rutte fan. Ik vind hem over ’t algemeen wel te pruimen. Maar na afgelopen vrijdag vind ik hem niet meer te pruimen. Sterker nog, ik schaam me voor onze minister-president. Rutte denkt en weet altijd overal mee weg te komen. Wat krom is kan hij recht praten, dat lukt hem nog altijd. Nog, zeg ik. Maar de houdbaarheidsdatum van Rutte is verstreken. Rutte afschaffen in plaats van de dividendbelasting. Da's past lachen!

woensdag 5 september 2018

Op de fiets


Ik ben lid van een eetclub. Nu is de ‘eetclub’ ook de titel van een thrillerachtig boek van Saskia Noort. In die eetclub gebeuren hele spannende en nare dingen. Vriendschappen blijken toch niet echt te zijn, want ruzies, bedrog en overspel vermoorden de vriendschappen. Van zo’n eetclub ben ik in ieder geval geen lid. Wij zijn beschaafd oftewel: we zijn best braaf. We houden van gezellige klets - soms komen er politieke kwesties voorbij – van een wijntje en lekker eten. Dit keer was ik te gast bij een eetclublid die in een lieflijk dorp Maasbree woont in het Limburgse land. Vanuit Den Bosch is de afstand ongeveer 90 km.

Met een paar andere leden besloot ik om er naar toe te fietsen. Nou ja, niet helemaal. Eerst met de trein naar Deurne en dan op de fiets dwars door de Peel langs Griendtsveen en Helenaveen naar Maasbree. Een toeristische knooppuntroute van pakweg 35 km. Dwars door de Peel kun je ook beter op de fiets doen. Dan zie je en geniet je meer van het fraaie landschap. Bovendien is het goed voor mijn lijf, want ik wist dat mij die avond een copieuze maaltijd wachtte namelijk een uitgebreide barbecue met heerlijke porties vlees en zalige salades.

Het mooie najaarsweer was me goed gezind, de witblauwe lucht maakte het landschap typisch Hollands. Dat voelt lekker. Onderweg ontmoette ik veel vriendelijk groetende fietsers. Hoi, klonk het vaak uit de mond van fietsers. De meeste fietsers werden vooruit gedreven door een e-bike fiets. De stelletjes meestal met dezelfde fietsen, hetzelfde merk en kleur. Ik ben nog van de gewone fiets. Op een gewone fiets voel je fysiek het echte fietsen nog. Maar los daarvan levert het fietsen soms ook onverwachte ontmoetingen op. 

Na een mooie eetclubzomeravond in de tuin was het de volgende dag weer tijd om het Limburgse land te verlaten. Op de fiets met nog een volle buik naar huis, althans naar het station in Helmond. Opnieuw via een knooppuntenroute van 46 km, iets meer op pedalen trappen met de wind en de zon in de rug. Na een uurtje fietsen stopten we voor een korte pauze op een idyllisch plekje in het bos waar twee peelkanalen elkaar kruisen. 

Vlak daarna stapten twee mensen van hun fiets om ons even gezelschap te houden. Ze vertelden dat ze uit Kessel aan de Maas kwamen waar ze hun leven al lang woonden. En dat moet heel lang zijn, want ze waren niet de jongsten meer. We zijn beide 81 jaar, zei de man én al zestig jaar bij elkaar. Zijn vrouw keek met nog een haast verliefde blik naar hem. Hoe mooi is dat in een tijd waar relaties met bosjes sneuvelen. De man begon te vertellen over zijn kinderjaren, vooral over zijn belevenissen tijdens de oorlogsjaren. 'Hij heeft het vaak over vroeger, wat gisteren was weet hij soms niet meer', zei zijn vrouw. Tsja, de waan van alledag verdwijnt vaak als sneeuw voor de zon. Dat begin ook ik soms te merken!

dinsdag 28 augustus 2018

Bubbel



Gisteren las ik in de VK het artikel ‘Uitgelicht’ met als titel De hoop vervliegt op Lesbos. Ruim 7500 vluchtelingen uit oorlogsgebieden zitten vast op dit Griekse eiland. Voor hoe lang? Dat is ongewis. Lesbos is voor de toerist een mooi zonnig eiland met veel charme. Het is een geliefd eiland dat veel te bieden heeft. Maar niet voor de vele vluchtelingen uit Syrie, Irak en Afghanistan. Deze arme vluchtelingen kunnen op het eland geen kant uit, ze zitten gewoon in een bubbel in Moria. De veertienjarige Bilal al Fadoos uit Syrie zegt: ‘Ik was 7 toen de oorlog begon, sindsdien ben ik niet naar school geweest. Vroeger was alles goed, We hadden geld, ik kon spelen. Als het brood oud werd, gooiden we het weg. Maar toen ineens was alles weg’. Zijn leven is haast uitzichtloos, platgewalst onder het monster dat oorlog heet.

Zo staan er op pagina 12 en 13 van de VK-maandagkrant zeven foto’s en korte portretten van mensen die mij ontroeren. Ontroeren omdat hun (jonge) leven ongewild naar gallemiezen is. De ontreddering op hun gezichten voelde ik bij mij binnenstromen. Bijna iedereen in Moria op Lesbos heeft al  een trauma opgelopen tijdens de vlucht uit hun thuisland waar mensen nog steeds worden gemarteld, verkracht en gedood. Alsof dat al niet genoeg is om gek van te worden wordt hun trauma in een overvol kamp op Lesbos alleen maar groter. In het kamp heerst heel veel stress en wordt veel ruzie gemaakt. De stoornissen vieren er hoogtij. Wat doen we een vluchteling aan? Hun droom op een beter leven is flinterdun geworden, want de meeste vluchtelingen op Lesbos denken dat ze nooit meer wegkomen van het eiland.

Wat heb ik een geluk dat ik in Nederland ben ik geboren en opgegroeid, een vrij land met haast onbegrensde mogelijkheden. Alhoewel. Vandaag las ik dat steeds meer Nederlanders overlast ervaren van buren of andere mensen. Dat blijkt uit cijfers van het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV). Het aantal meldingen van overlast is toegenomen. "Dat de lontjes korter worden is al een tijdje aan de gang", zegt een woordvoerster van het CCV. "Mensen leven in hun eigen bubbel en vinden dat alles moet kunnen, maar hebben wel steeds meer last van anderen. Het is o zo gemakkelijk om vanuit je eigen veilige coconnetje van alles over een ander te roeptoeteren zonder zelfkritisch te zijn. Dat is jammer genoeg wel een ding geworden in onze samenleving. Hoe komt dat? We vieren iedere dag de vrijheid, toch worden we minder verdraagzaam! Ik heb hier niet een adequaat antwoord op. Misschien is het iets om een foto te maken van pagina 12 en 13 van de VK maandagkrant en hier een poster van te maken en deze ergens in je huis op te hangen. En iedere keer wanneer je merkt dat je verdraagzaamheid onder druk komt te staan kijk naar je naar de foto en reis je in gedachte naar al die desperate vluchtelingen op Lesbos. Je eigen bubbel zal er vast van knappen!


dinsdag 21 augustus 2018

Nerveus




In het wijkplein kreeg ik gisteren zo rond elf uur bezoek van een bijzondere en karakteristieke man. Dat voelde ik meteen al aan. ‘Goedemorgen, ik ben Andy en ik hoop dat jij mij kunt helpen. Ik weet niet hoe ik mijn mobiele telefoon aan de praat moet krijgen en daar word ik heel nerveus van. Als ik nerveus ben en dat ben ik nu ook dan moet ik een sigaretje gaan roken’. Uit zijn broekzak van zijn te ruim zittende afritsbroek haalde hij een zak shag en begon een sjekkie te draaien. Omdat hij dacht dat ik dacht: je mag hier binnen niet roken, zei hij dat ik me niet ongerust moest maken want ik rook buiten. Uit de borstzak van een heel verschoten blouse haalde hij een mapje waar een simkaart in zat en legde deze op tafel. ‘En dit is mijn mobieltje. Die heb ik al jaren niet meer in gebruik. Weet je, van zo’n mobieltje word ik ook heel nerveus. Eigenlijk word ik van alles wat ik doe nerveus. Maar ja, mijn begeleidster vind dat ik bereikbaar moet zijn. Dus heb ik van mijn laatste centen een simkaart gekocht’. 

Kunt u overweg met een mobiel?, vroeg ik. Andy keek me aan en zei: ‘zie ik eruit als een meneer? Nee, ik ben geen meneer. Dan zou ik wel als een meneer gekleed zijn en dat ben ik niet. Dat kun je toch wel zien’, zei hij wat cynisch. Aha, het meneer zijn hoort bij het gebruik van een mobiele telefoon. Mooi bedacht! ‘Eigenlijk ben ik nooit een meneer geweest omdat ik altijd rare grappen maak. Mijn grappen zijn goed bedoeld, maar worden niet gewaardeerd of begrepen. Laatst zat ik op het terras en maakte ik een grappig bedoelde opmerking over een dikke buik van een andere terrasbezoeker. Ik zei: zo, u bent al aan het hamsteren voor de winter zie ik’.  De man werd kwaad en riep een ober. ‘Kun je die ‘blauwe’ niet van het terras sturen?, vroeg de man’. ‘Hij meende het ook nog’.

‘Ik ben gegaan en het gebeurt me vaak dat ik word gediscrimineerd. En dat alleen omdat ik een Indonesisch uiterlijk heb? Ik ben in de jaren vijftig als kind met mijn ouders naar Nederland gekomen. Na al die jaren zitten er nog weinig Indonesische vezels in me. Ik ga nog even buiten een sjekkie roken, want ik ben nerveus’. Intussen heb ik wat gepriegeld met zijn simkaartje, maar zonder een account aan te maken lukt dat niet. Andy weet, denk ik, helemaal niks van computers. Laat staan hoe ze werken. Hij heeft er ook geen. Dat wordt niks Andy, zei ik tegen hem. ‘Ik ga wel naar mijn begeleidster en vraag haar wel om dit op te lossen. Snap je nou waarom ik  bloednerveus van alles word’! Of Andy naar zijn begeleidster is gegaan waag ik te betwijfelen.


donderdag 16 augustus 2018

Trots zijn op het theaterfestival Boulevard!


Dit jaar is het theaterfestival de Boulevard grotendeels aan mij voorbij gegaan. Dat is best jammer, want ik heb nog nooit een boulevardfestival overgeslagen. Het is voor mij het culturele hoogtepunt van het jaar. Maar ja, ik had een hele poos geleden nou eenmaal afgesproken – zonder de datum van het boulevardfestival paraat te hebben -  om twee weken in Amsterdam weer op kat Janus te gaan passen. Zijn bazin was op vakantie in de VS. Janus is een bejaarde eigenzinnige kat die, denk ik, ook licht autistisch is. Janus wil lichtjes geaaid wil worden, maar dat is het dan ook wel. Na een aai sjokt hij met zijn hangend oude vellenlijf weg om op gepaste afstand naar je gaan staren. Hij heeft nimmer geleerd om kopjes te geven, laat staan bij je op schoot te kruipen. In de tuin kijkt hij amper naar de vogeltjes die vlakbij bij zijn snoet driftig in de grond pikken of naar de kat van de buren die uitdagend in de tuin heen en weer gaat lopen. Het deert hem niet. Hij gaat op zijn oude rug liggen, vouwt zijn voorpootjes, sluit zijn oogjes en lijkt te gaan mediteren. En dat zeker een half uur lang. Het is zoiets van tentjestheater op de Boulevard met als toeschouwers: de vogeltjes, de kat van de buren en ik.

Dus heb ik theaterfestival Boulevard gemist? Niet echt, als ik de journalist Gerrit van den Hoven van het BD mag geloven in zijn terugblik op het festival! Het was een zwaar festival in zijn ogen. Oké, ik snap dat je als theaterrecensent kritisch moet zijn. ik heb zelf bij toeval één voorstelling gezien. ‘Voorbij de grenzen van de ernst’ van Kamagurka. Geen geweldige voorstelling, maar wel een melige, met veel lichtheid  en vooral veel lachen met hier en daar een vleugje absurdisme. Misschien heeft onze BD recensent deze voorstelling gemist!

Ik vind het jammer dat het BD in zijn terugblik zich vooral richt op wat niet helemaal goed was of niet goed ging. De lat ligt hoog en het lijkt erop dat de lat, net zoals bij het hoogspringen, steeds hoger komt te liggen, ook in de wereld van het theater. Herstel: de lat ligt overal (te) hoog. Het is haast stressen in alles wat je doet, het is een maatschappelijk fenomeen geworden waar veel mensen onwel van worden. En daarmee worden de verwachtingen bij de start van het theaterfestival Boulevard ieder jaar misschien ook wel hoger. Terug naar Janus de kat. Hij heeft mij ook dit jaar niet teleurgesteld. Ik wist wat ik van hem wel en niet kon verwachten. ‘What you see is what you guess’, zei Janus tegen mij bij zijn begroeting. Mooier dan dat werd het niet, maar wel af en toe verrassend als hij vroeg om een aai en trots met zijn staart kwispelde! Nogmaals: het Boulevard theaterfestival  vind ik absoluut een cultureel hoogtepunt in het Bossche. Laten we dat vooral koesteren. Het BD zou daarom wat trotser mogen zijn op het Boulevard theaterfestival!


Wanneer ik de tune ‘Hoe gaat ie met de formatie’? hoor in de Avondshow van Arjen Lubach word ik altijd onwijs vrolijk. Op het tv-scherm kome...