donderdag 7 februari 2019

Invoelingsvermogen


In de VK las ik dat er 2040 tussen de negen grote steden in ons land om de tien minuten een trein moet rijden. Ik liep het lijstje af van de grote steden, maar Den Bosch stond er niet bij. Vreemd, toch! We zijn de cultuurstad van het Zuiden, tenminste dat beweert wethouder Mike van der Geld, maar ook Jan van der Putten, directeur van de VF. Zelf ben ik hierin wat voorzichtiger, ik vind het nogal grote woorden. Cultuur, wat je er ook onder verstaat, vindt plaats in alle grote steden in het Zuiden van Breda tot Heerlen. Gisteren hield cultuurwethouder Mike van der Geld zijn State of the Arts in de clubzaal van het Bossche cultuurpaleis de Verkadefabriek. De zaal zat vol, maar jongeren waren er amper. Later in zijn toespraak moest de cultuurwethouder toegeven dat jongeren niet zo goed weten wat ze van het culturele leven in onze stad moeten vinden én dat aantal is alleen maar toegenomen. Eerlijk gezegd weet ik ook niet zo goed wat ik ervan moet vinden, ondanks ik een enthousiaste trouwe betalende bezoeker ben van musea, de VF, het TadP en het Boulevardfestival. Cultuur zit in mijn vezels en biedt mij inspiratie, geeft zin aan mijn leven. Dus mijn mening over cultuur is bij voorbaat behoorlijk gekleurd.

De cultuurwethouder opende zijn toespraak met het woord empathie. Hij verwees naar Aristoteles, de Griekse wijsgeer. Het klonk als een saaie academische verhandeling, immers de praktijk vertelt mij dat empathie gewoon staat voor invoelingsvermogen. Onze cultuurwethouder zei dat hij invoelingsvermogen in onze samenleving mist. Dat is waar en niet waar. Maar wat in ieder geval wel waar is dat de Bossche politiek behoorlijk wat invoelingsvermogen ontbeert als het om cultuur gaat. Hun adagium: ‘cultuur is belangrijk, mits het niet te veel kost. Op het podium van de clubzaal zag ik de belichaming hiervan. Ik zag een wethouder staan die zijn ding deed omdat hij toevallig cultuur in zijn portefeuille heeft. Zijn houtkachel wilde maar niet gaan vlammen. Ik proefde geen empathie en passie. Het was vooral een technisch en zielloos verhaal, een opsomming van activiteiten. Op zich niet zo gek want onze cultuurwethouder heeft bedrijfskunde gestudeerd. Gelukkig klonk hij wel een beetje enthousiast over het idee voor een nieuwe Kaaihal, maar niet meer dan dat. Een oud-raadslid zei na afloop van de State of Arts tegen mij: ‘de wethouder kan in zijn functie niet teveel laten blijken dat hij het best een goed plan vindt, want de Raad heeft er ook een stem in’. Jaja, dat ken ik zo langzaamaan wel. Laat ik nou denken dat de cultuurwethouder bij de minste tegenwind in de Raad over de nieuwe Kaaihal– en die is er vooral bij de VVD – onderuitgaat. Ik zie hem niet met de vuist op tafel slaan. De VVD is ook de partij die het maar niks vond wanneer het nieuwe theater zou worden gebouwd in het Paleiskwartier. Zie waar we nu staan! Ik snap wel waarom de snelle trein aan Den Bosch voorbijgaat!



    

Wanneer ik de tune ‘Hoe gaat ie met de formatie’? hoor in de Avondshow van Arjen Lubach word ik altijd onwijs vrolijk. Op het tv-scherm kome...