woensdag 25 november 2020

De zooliste

Vanmorgen, op weg naar de Zooliste, liep ik door de Vughterstraat. De Zooliste?, hoor ik jullie denken. Onze columnist zal wel in de war zijn. Klopt, ik ben een beetje in de war. Maar de Zooliste bestaat echt. Sterker gezegd: het is notabene een aantrekkelijke ambachtelijke schoenmaker in de binnenstad. De Zooliste zal het vast wel druk hebben, want er wordt wat afgewandeld. We lopen, al dan niet zuchtend onder het strakke virusregime, haast de hakken en de zolen van onze schoenen. Zuchten, veel zuchten in deze ongrijpbare tijd. Het lijkt mij dan ook niet zo gek dat, wanneer corona eindelijk met de noorderzon is vertrokken, er veel voer is voor psychologen en hulpverleners. Ik denk dat straks onze geestelijke hulpverleners zo overbelast raken dat er weer een nieuwe lockdown moet worden afgekondigd.'

Inmiddels loop ik bij Ekoplaza, de pleisterplaats voor gans vegetarisch Den Bosch. Overigens hoorde ik dat mensen die vegetariër of erger veganist zijn eerder hun botten breken, dus Ekoplaza is niet mijn winkel. Maar tegenover de Ekoplaza is nu een Sunshine Pop-up store geopend. Boven de deur hangt een bekend geel Schipholbord met de tekst: 'Departures en Arrivals'. Binnen kun je koffers, rugzakken, kleren, puzzels, reisboeken en zelfs wijn kopen. De eigenaar heeft voor een poos zijn exclusieve reisbureau omgetoverd tot een winkel met reisbenodigdheden. Voor wie? Voor de kat zijn staart, want voorlopig ligt de reisbranche op zijn achterste poten. Wel zag ik op FB dat een goede bekende van mij een strandfoto uit Aruba had gepost. Ze moest er even tussenuit. Corona moe, zei ze. De bofkont, dacht ik. 

Jaloers? Ja, een beetje, want ik moet het doen met de Sunshine Pop-up Store. Van de eigenaar van de winkel moet ik leren om thuis op vakantie te gaan en zo proberen een positieve vibe te creëren! Je moet volgens de eigenaar natuurlijk wel de nodige fantasie erbij bedenken. Nou, dat fantaseren lukt me nog wel. ’s Nachts als ik in hogere sferen verkeer fantaseer ik weleens dat ik tussen de bulten van een kameel zandkorrels tel in de Sahara of in een hobbelige jeep dwars door Namibië trek. Alleen wordt mijn fantasie ’s morgens bij het ontwaken wreed verstoort door Jurgen van den Berg, presentator van het NPO Radio 1 journaal. Het eerste woord dat mijn brein binnendringt is corona.

Hoezo thuis op vakantie gaan? Wat een zotte gedachte. Ik kan of liever gezegd: ik mag helemaal niet weg. Als afleiding ben ik al een poos slaaf geworden van de dagelijkse sleur. Iedere dag stofzuigen, de vaatwasser in- en uitruimen, het bed opmaken, de nog gebruikte koffiecups voor recycling in een plastic zak doen en naar de koffiewinkel in de Kerkstraat brengen. En ook nog dagelijks 10.000 stappen maken. Zo ziet er mijn thuisvakantie uit, beste Sunshine Pop-up eigenaar. Gelukkig begrijp ik dat de Sunshine Pop-up eigenaar ook snakt naar het bestieren van een gewoon reisbureau. Ja, wie snakt er niet naar het gewone? Ook de Zooliste. Ze zal vast niet de hakken in het zand zetten!

maandag 16 november 2020

Ja nee!

Met mijn boodschappen in de tas liep ik AH uit op weg naar mijn fiets. Ik had mijn mondkapje nog op, want ik kan geen twee dingen tegelijk: mondkapje afdoen en boodschappen dragen. ‘Zo George, je hebt  weer boodschappen gedaan’.  Aangezien mijn bril – met dank aan mijn mondkapje - weer opnieuw was beslagen zag ik niet zo snel wie de man was die mij aansprak. Ik deed mijn mondkapje af en kreeg weer helder zicht en zag dat Willem, met zijn onafscheidelijke sigaar in zijn mond, voor me stond. Willem is een oud-collega van me. Inmiddels een oude knar die nog goed voor zichzelf kan zorgen. Het is een taaie die zich niet gemakkelijk laat omblazen. Willem blinkt uit in zijn recht voor zijn raap taal en is zeker niet van de dialoog.

‘Het zijn hele rare tijden’, zei hij.  Zeg dat wel, Willem. Ik dacht dat hij op de coronacrisis doelde of nog gekker de apocalyps van de Amerikaanse verkiezingen. Niets van dat al. Hij wilde het vooral hebben over een pas overleden vriend, een bekend figuur in Oeteldonk. Het was ook zo’n beetje zijn carnavalsmaatje. Twee krasse tachtigers die ‘m nog wel lustte met carnaval.  Terloops zei hij dat corona even op bezoek was geweest. Dat was het. Ik deinsde een stukje achteruit, want ik stond zowat naast hem. Maar Willem boog met me mee en ging verder met zijn verhaal. ‘Ken je hem?  ‘Vast wel, want jij was ook een carnavalsvierder’, zei Willem. Hij noemde zijn naam. ‘Ja nee’, zei ik. Terwijl ik dat zei besefte ik me ineens dat ik vaak ‘ja nee’ zeg wanneer iemand iets aan mij vraagt of tegen mij zegt. Intussen ratelde Willem door met zijn lofzang op zijn overleden vriend, maar ik werd afgeleid door twee vrouwen die met elkaar in gesprek waren. Ook bij hen kwam een paar keer ‘ja nee’ voorbij.

Gelukkig, ik ben niet de enige met deze afwijking, dacht ik. ‘Ja nee’ zeggen vind ik zoiets als bij de Fijnproever een frietje met zonder mayonaise bestellen. ‘Ja nee’ betekent dat ik het wel snap maar ook niet. Waarom ik nou vaak ‘ja nee’ zeg weet ik echt niet. Misschien wil ik niet laten blijken dat ik het echt niet weet wat een ander bedoeld. Is ‘ja nee’ dus min of meer een excuus? Het gekke is dat een ander nooit tegen mij heeft gezegd: wat bedoel je nou? Ja of nee! Ook Willem vroeg dat niet aan mij. Nee, hij wilde zijn verhaal voltooien. Dus lette hij helemaal niet op mijn ja nee. ‘Je kent hem vast wel’, hield Willem vol. ‘Hij was in zijn werkzame leven huisarts. Iedere week kwam hij bij mij wel een neutje drinken. Ooit heeft hij ervoor gezorgd dat ik heel snel kon worden geopereerd. Ik had hevige buikpijn’. O, dat was een gelukje voor je, een huisarts als vriend, zei ik. Hij glunderde en liep zonder mondkapje AH binnen. Moet ik Willem nog naroepen dat hij zijn mondkapje opdoet? dacht ik. ‘Ja nee’.

donderdag 5 november 2020

Schijt aan hebben!

Er is na de laatste persconferentie van Mark Rutte en Hugo de Jong weer een unieke situatie ontstaan in ons land. Opnieuw hebben we van Mark Rutte en van Hugo de Jonge tbs gekregen. Mark en Hugo, een apart duo. Ik vind ze een beetje Nick en Simon, de Nederlandse Simon & Garfunkel. Dat vaststellende denk ik dat ze beter ‘Homeward Bound’ (huiswaarts keren) hadden kunnen zingen op hun laatste persconferentie. Dan klinkt de boodschap vriendelijker. Nu hangen ze de cipier uit. Want dat doen ze. Ze willen ons min of meer in huis opsluiten, omdat ze het ook niet meer weten. Het liefst in eenpersoons celletjes in bijvoorbeeld de Pompekliniek. Maar daar kun je geen 17 miljoen Nederlanders kwijt. Dus moeten we weer gewoon thuisblijven, wat helemaal niet goed is voor je gezondheid. De buitenlucht is veel beter. En daarom hoor ik mensen zeggen: ‘daar heb ik schijt aan’.

Maar pas op, daar kom je tegenwoordig niet zo gemakkelijk mee weg. Het RIVM ziet namelijk alles, dit instituut is zo langzamerhand een soort van landelijke inlichtingendienst geworden van de regering. Ze kunnen werkelijk alles meten. Meten is weten is hun adagium. Ze zien ook weer meer mensen naar hun werk gaan. Hoe dan? Dat is mij niet helemaal duidelijk, maar ik denk dat onze heilige smartphone hier wel debet aan is. Maar het gaat nog verder. Het RIVM kan nu zelfs mijn dagelijkse grote boodschap nader analyseren. Voor de goede orde: Je krijgt voor deze boodschap geen punten om te sparen voor een AH-pannenset. Mijn grote drol is voortaan interessant voor het verzamelen van wat ze noemen: the big brown data. Tsja, dan weten ze ook vast dat ik emotie-eter ben, een liefhebber van chips, friet, chocolade, een biertje en een wijntje. Maar desondanks zien mijn drollen er meestal wel puntgaaf uit. Hopelijk vinden ze dat wel mooi meegenomen.

Ik lees trouwens dat mijn grote boodschapdata genoeg energie bevat om een 9W spaarlamp een hele dag te laten branden? Stel dat ik een enorme aandrang heb en een 9W spaarlamp in mijn achterste steek zou die dan meteen gaan branden? Ik vraag me af of dat ook zo werkt bij de allerrijkste Nederlanders? Je steekt een vijftig euro biljet in je achterste en je geld groeit vanzelf. Een mooi ezelsbruggetje naar een artikel in de Quote 500, want daar lees ik dat de allerrijksten blijkbaar goed bestand zijn tegen de coronacrisis. Hun vermogen is in de coronaperiode met 3,5% gegroeid tot 186 miljard euro. Mevrouw heerlijk helder Heineken heeft zo’n slordige 12 miljard op haar bankrekening staan en de grote oude baas van Jumbo 2,5 miljard euro. We leven in heel heftige tijden. Het zou de 500 rijksten sieren wanneer ze een substantieel bedrag in een solidariteitspot zouden storten. Met dat geld kunnen we mogelijk de horeca, de kunst & cultuursector, de zzp’er en anderen die het lastig hebben een hart onder de riem steken. Maar ik vermoed dat ze daar schijt aan zullen hebben. Of heb ik het mis?

 

 

 

 


Wanneer ik de tune ‘Hoe gaat ie met de formatie’? hoor in de Avondshow van Arjen Lubach word ik altijd onwijs vrolijk. Op het tv-scherm kome...