
Iedereen weet genoegzaam dat het bouwen van een nieuw theater jarenlang veel politieke kruim heeft gekost. Niet alle politieke partijen in het Bossche waren te porren voor een nieuw theater. Ook nestor Paul van der Krabben van Bosch Belang niet. Om zo met geld te smijten was niet in het Bosch belang. En ongelijk had Paul niet. Intussen blaast zijn partij al honderd jaar een deuntje mee in de Bossche politiek, maar dan wel op een piccolo ergens achter in de orkestbak. Bosch Belang, niet te verwarren met Bosch behang, is geen partij die er echt toe doet. Al zal Paul vast een andere mening hebben.
Inmiddels is Paul van der Krabben al 44 jaar het gezicht van de partij. Hij is niet weg te branden van zijn zetel in de raadszaal. Hij roert nog altijd stevig zijn mondje. Niet dat het veel helpt, maar ach Paul is van de straat. Hij lijkt me zo’n man die als nestor na afloop van een raadsvergadering het licht uitdoet. Zijn Bosch Belang komt op voor de gewone man ofwel voor Jan Boezeroen. Dat laatste heb ik niet zelf bedacht, maar de partij. Jan Boezeroen is een volkszanger, maar het is ook een pseudoniem voor Jan de arbeider. Alsof de tijd heeft stil gestaan. Jan Boezeroen is vooral bekend van het liedje ‘De fles’. Een dronkemanslied. Nou dan weet je het wel. De fles promoten zal vast niet de bedoeling zijn van Bosch Belang.
Ondanks dat de partij weinig in de pap te brokkelen heeft bestaat ze toch maar mooi honderd jaar. En dat hebben ze gevierd in het bestuurscentrum. Dat kon gemakkelijk, want de partij heeft slechts een raadszetel én daar zit Paul van der Krabben op. Bosch Belang is eigenlijk Paul’s Belang! Dus heel druk zal bij het jubileum in het bestuurscentrum niet zijn geweest. Maar dat zal de feestvreugde bij Paul niet hebben getemperd. Bovendien is hij zo aardig geweest om de Bossche gemeenschap een houten bankje te schenken. “We willen hiermee alle Bosschenaren een zetel geven”, zei Paul. Maar daarvoor moet je wel naar de Van Grobbendoncklaan, want daar staat ergens het bankje. Wè’nne klets. Als in het najaar het nieuwe theater zijn deuren opent gun ik hem als cadeautje een openingsact met als titel: 'W’hange wir an de leste mèm’ van het Bosch Tejater.