zondag 16 februari 2020

Oman



Terwijl storm Dennis over ons land raast, de temperatuur nu al lentetrekjes vertoont, een ziekenwagen met loeiende sirene voorbij snelt, de binnenstad al volop carnaval uitademt en het achterlijke FvD misschien wel gaat mee besturen in de provincie Noord-Brabant, dacht ik achter mijn laptop: vertoefde ik nog maar in de eindeloze gele lege woestijn van Oman. Wat doe ik hier? Ik verlang weer naar de kameel in de Omaanse woestijn die mij met een onnozele blik aankeek. 

Waarschijnlijk had deze kameel nog nooit een Hollandse kaaskop gezien in een korte broek en een poloshirt. De kameel herkent natuurlijk alleen maar een Omaniet in een smetteloos wit gewaad met op zijn hoofd een olijk hoedje. En die zijn er veel. Overal waar ik keek zag Omanieten in een lang wit gewaad. Vooral op markten stonden drommen Omanieten. Ik vermoed dat ze iedere dag een schoon gewaad aantrekken, want op het gewaad is geen vlek te bespeuren. Hoe goed ik ook speur, het blijft maagdelijk wit. Een Omaniet oogt trots, vriendelijk, maar ook een tikkeltje arrogant. 

Zo ook onze gids. Hij had zo ook zijn regels. In de bus wilde hij niet met ons in gesprek. Het waarom is mij niet duidelijk geworden. Eenmaal buiten de bus deed hij wel zijn verhaal, dat vond hij gepaster. Nee, een Omaniet laat niet onder zijn witte jurk kijken. De Omaniet weet dat hij de baas is, althans over zijn vrouw(en). Een vrouw in Oman is nederig en onderdanig. Bij een zebrapad wilde een Omaanse vrouw gelijk met haar man oversteken, maar de man stak ingetogen zijn linkerhand uit om zijn vrouw te verordineren om achter hem over te steken. Dat deed ze dan ook braaf. 


Onze gids vertelde dat hij samenwoonde met twee vrouwen en vader was van vier kinderen. Jammer genoeg waren zijn kinderen allemaal jongetjes en hij wilde dolgraag vader worden van een meisje. Hij dacht erover om een derde vrouw te zoeken voor deze klus. Zo gaat dat kennelijk in Oman. En dat past natuurlijk helemaal niet in ons Westers denken, alhoewel twee vrouwen kan natuurlijk wel spannend zijn. Maar dat terzijde. Onze westerse normen en waarden zijn heel anders, ofschoon we maar al te graag zien dat het de standaardnorm in de wereld zou moeten zijn. 

Na mijn rondreis moet ik vaststellen dat ik weinig snap van de Omaniet, maar de Omaniet zal weinig snappen van mij. En dat is maar goed ook. Oman was een bijzondere belevenis, het is een land waar je niet gek wordt gemaakt door hectiek of stress. Nee, de eindeloos grote lege woestijn met zijn onnozel kijkende kamelen is een best medicijn tegen alle vormen van stress en overprikkeling.

Wanneer ik de tune ‘Hoe gaat ie met de formatie’? hoor in de Avondshow van Arjen Lubach word ik altijd onwijs vrolijk. Op het tv-scherm kome...