zaterdag 14 december 2024

Vuurwerk

2024 is een jaar waarin het godganselijke jaar enorm veel een naar soort vuurwerk werd afgestoken. Maar dat is nou net niet de bedoeling van vuurwerk. Vuurwerk is bedoeld om eenmaal per jaar om precies twaalf uur nieuwjaarsnacht in de donkere lucht te knallen. Om de lucht te kleuren, om elkaar te omarmen en om elkaar perspectief te bieden. Met een glas champagne in de hand wensen we elkaar dan een gezond en hoopvol nieuwjaar. Zo zou het moeten gaan. Dat hoort bij de nieuwjaarstraditie. En dan op nieuwjaarsdag naar het nieuwjaarsconcert kijken vanuit de Musikverein in Wenen met als meesterlijk  slotakkoord de ‘Radetzkymars’ van Johan Strauss sr. Zo willen de meeste mensen het begin van het nieuwe jaar graag beleven. Maar dat wordt steeds meer verstoord door een stelletje idioten die regelmatig gevaarlijk vuurwerk afsteken om de verdeeldheid alsmaar groter te maken.

Neem nou het woord van het jaar. Ieder jaar organiseert Van Dale een ‘woord van het jaar’ verkiezing. Maar de verkiezing werd dit jaar gekaapt door verschillende actiegroepen die een onprettige manier opriepen om op bepaalde woorden te stemmen. Gevolg: Van Dale heeft de woordverkiezing gecanceld en zelf een woord uitgekozen. En dat woord is: polarisatie. En dat illustreert nou precies de stand van ons land. Ik bedoel maar. En zo luiden we 2024 uit, terwijl we steevast ieder jaar rond Kerstmis ‘Imagine’ van John Lennon draaien in de hoop dat het allemaal vrediger wordt. 


Bij het naderen van 31 december hoort ook de oudejaarsconference. Ik herinner me nog een oudejaarsconference van Wim Kan. Ja, zo oud ben ik al. Wim Kan was een virtuoos, een woordkunstenaar die de Haagse politiek subliem op de korrel nam zonder grof of polariserend te worden. Ook toen klonk: ‘Waar we heen, Jelle zal wel zien’. Kortom, de tijd was toen soms ook ongewis, maar toch anders. 


Dit jaar ben ik in de VF naar de oudejaarsconference van Jan Beuving geweest. Ik zat op de eerste rij en dat was heel leuk. Dichterbij kon ik niet bij Jan Beuving komen. Jan zong prachtige liedjes. Vooral het liedje over de overleden Russische oppositieleider Aleksej Navalny, waarin Jan zijn eigen levensloop in spiegelde, bezorgde mij kippenvel. Aleksej Navalny geloofde in een betere wereld met kansen en vrijheid voor iedereen. 


Jan Beuving, is een bijzondere cabaretier. Van huis uit is hij wiskundige die met een passer de kunst van het spelen met de Nederlandse taal beheerst. Zo zei hij: het heden bestaat niet, er is alleen het verleden en de toekomst. Even was het heel stil in de zaal. Wat zegt ie nou, hoorde ik denken. Het heden bestaat niet, want op het moment dat je beleeft is het al verleden tijd. Je kunt wel mijmeren over de toekomst. En dat doet Jan. Hij mijmert: ‘arm en rijk, links versus rechts, jong versus oud: ze lijken elkaar steeds minder te begrijpen en te zien, terwijl de basis voor fijn samenleven toch is dat je contact maakt, ook met mensen met wie je verschilt’. En dat is nou precies het siervuurwerk dat ertoe doet!


vrijdag 6 december 2024

Advocaatje


 



Buiten keek het grijs. Het was geen gezellig wandelweer. Uit verveling ging ik de voorraad levensmiddelen op de planken in de bijkeuken herordenen. Weer soort bij soort doen. Nu is het niet zo dat ik beschik over een grote voorraad aan niet bederfelijke eet- en drinkbare producten, maar toch was het op de twee planken een beetje een ratjetoe geworden. Edoch, als de pleuris uitbreekt zal ik wel als de wiedeweerga naar de supermarkt moeten hollen om mijn voorraad paniekbestendig te maken. Zover is het gelukkig nog niet. Bij het rangschikken van de flessen rode wijn stuitte ik op een bescheiden flesje advocaat. Het stond wat verloren in de hoek, alsof het zich teveel voelde. In mijn herinnering was het een poos geleden dat ik van een advocaatje had geproefd, vermoedelijk bij een toetje met ijsbolletjes. Advocaat wordt gemaakt van scharreleieren en kijkt nogal geel. Het proeft onschuldig, maar o wee. Het heeft namelijk een behoorlijk alcoholpercentage, 14% om precies te zijn. Niet te flauw dus. Ik weet nog dat mijn ouders vroeger bij feestjes weleens een advocaatje namen. Soms mocht ik, wanneer ze in een feeststemming waren, ook een lepeltje van de advocaat proeven. Ik geloof dat ik zelfs een keertje een beetje teut van een paar lepeltjes advocaat ben geweest om vervolgens stilletjes naar mijn slaapkamer te gaan om mijn kinderroes uit te slapen.


Nu denk ik bij een advocaatje eerder aan ouderen dan aan jongeren. Het is absoluut geen hippe drank. Voor mij valt het meer in de categorie: vergeten groenten. Die kennen we ook amper nog. Maar nu ineens staat het advocaatje weer in de schijnwerper, zij het in negatieve zin. In Maassluis, onder de rook van Rotterdam en dichtbij de jeneverstokers van Schiedam, is het advocaatje in de ban gedaan. Niet in geheel Maassluis, maar wel bij een seniorencomplex. Welzijnsorganisatie Seniorenwelzijn heeft hiertoe besloten. Zij vinden dat ouderen van respectabele leeftijd hun laatste dagen voortaan gezonder moeten slijten. Hoe komt deze welzijnsorganisatie überhaupt op dit belachelijke besluit, vraag ik me af? Waarschijnlijk is het een vlaag van verstandsverbijstering of een benevelde dwaling! Tja, het moet niet gekker worden. Oké, ouderen kunnen ‘m goed raken. Sommige drinken even snel als een opgevoerde fatbike.


Maar ik snap dat de bewoners heel boos zijn over deze maatregel. Zij vinden juist dat een advocaatje of jenevertje gezond is, met name in sociaal opzicht. Gezond oud worden heeft niet alleen te maken met alcohol. Nee, het gaat ook om je welbevinden en niet eenzaam zijn, vinden zij. Bestuurder Ids Thepass vindt echter dat van betutteling geen sprake is. "Ze kunnen een glas wijn of bier drinken. We willen zelfs dat glaasje advocaat heroverwegen als dat belangrijk is voor het sociaal contact. Maar geen sterke drank meer”. Volgens Marja Gerkema van de bewonerscommissie is 'gezond oud worden' onzin als je al tachtig of negentig jaar bent. En laat ik het daar nou helemaal mee eens zijn. Vanavond neem ik uit balorigheid een advocaatje!

vrijdag 29 november 2024

Mannen leven korter dan vrouwen




Waarom leven mannen korter dan vrouwen? Dat vraagt het BD zich af. Ik vraag me dat niet zo af en heb daar zo mijn filosofie over. En dat lees je in deze column wel tussen de regels door. Eerst maar eens het artikel in het BD nader beschouwen. Waarom worden mannen niet even oud als vrouwen? Tja, moeilijke vraag. Ik lees in het BD dat mannen minder roken en drinken dan vroeger en toch niet even oud worden als vrouwen. Over dat minder drinken heb ik zo mijn twijfels als ik om me heen kijk en de lege wijnflessen tel in ons afvalhok. Maar de onderzoeksredactie van de krant zal hierover vast met het CBS hebben gebeld.

Nu wordt een man gemiddeld 80,3 jaar en een vrouw 83,3 jaar. Maar moeten we daar als man juist niet blij mee zijn? Ik denk van wel, maar ik spreek voor mijzelf. Kijk als je in relatie hebt met een vrouw wil je als man haar toch niet overleven, want dan wordt het vaak een tobberig bestaan. Bovendien is het huishouden doen niet de sterkste kant van de man, alhoewel het boodschappen gemakkelijker is geworden door lid te worden van Picnic die je boodschappen gezellig thuis aflevert. Heb je nog aanspraak ook. En dan wil ik het ook nog hebben over de gezamenlijke fietstochten op de ebike. Meestal is het zo dat de vrouw de weg wijst. Immers, ik hoor nogal eens luid roepen: ‘Jan, je moet bij de bocht rechtsaf’. Ik bedoel maar. Kortom, als je zonder vrouw geraakt, kun zonder deze richtingaanwijzer zo maar de weg kwijtraken.

Maar terug naar het artikel in het BD. Hoe komt het dat mannen gemiddeld drie jaar korter leven? Verouderingswetenschapper Andrea Maier wijst als reden op een belangrijk biologisch verschil tussen mannen en vrouwen. Vertel mij wat, daar hoef je geen verouderingswetenschapper voor te zijn. Immers het biologische verschil zie je al met je blote oog of je moet stekeblind zijn. En ook niet onbelangrijk: vrouwen hebben twee X-chromosomen en wij slechts één. Met als gevolg dat het immuunsysteem van vrouwen waarschijnlijk iets beter of sterker is, zegt Andrea Maier. Kijk, zo worden we nooit gelijkwaardig.

Dat betekent dus dat wij mannen al bij de geboorte met een achterstand beginnen. Een achterstand die ook niet meer in te halen is, wat voor fratsen we ook uithalen. En ons machogedrag helpt er ook niet aan. Ook niet het verheerlijken van Max Verstappen omdat ie zo hard rondjes kan scheuren. Dat is allemaal machogedrag met dank aan ons testosterongehalte. Mannen gaan gemakkelijker uit hun plaat en kunnen ook nog eens agressief worden. Ja, en als er klappen vallen kunnen we in ieder geval het even oud worden als een vrouw al helemaal vergeten. We moeten dus ons gedrag veranderen om even oud te worden als een vrouw, tenminste als we dat zouden willen. Je weet nu hoe ik erover denk. Maar los daarvan vermoed ik dat het vechten tegen de bierkaai is. Ajakkes, weer dat woord vechten. We zullen het waarschijnlijk nooit leren. En daarom leven we korter. Ook goed!

zaterdag 23 november 2024

Er was en er is


We hebben er een nieuwe filosoof bij. Nou ja, filosoof. Het is iemand die denkt dat hij een filosofische uitspraak doet. En dat is Dick Schoof, onze eerste man. Tenminste dat denkt hij ook, maar hij weet beter. En dat werd nogmaals pijnlijk duidelijk tijdens een ingelaste persconferentie over een opgestapte NCR staatssecretaris. Deze staatssecretaris is opgestapt omdat er een nogal gure wind waait in Haagse kringen. Het riekt naar racisme! En dat laatste is natuurlijk onzin, vinden ze bij de regering. 

Op vragen van het journaille zei Schoof dat er geen racisme is binnen het kabinet. Hij zei het zo: ‘er is en er was geen racisme’. Dat herhaalde hij minstens tien keer, want anders geloofde hij het zelf niet. Arme Dickie Dick. Alsof hij op de voorplecht stond van de zinkende Titanic, zo benauwd keek ie. Zijn rimpels in zijn gezicht werden alsmaar dikker en grover. Intussen waren de vier fractievoorzitters van de regeringscoalitie al in de reddingsboot gestapt op weg naar een veilige haven, tenminste als de zeespiegel niet te hard zou gaan stijgen. Als ik een vriend van Dickie Dick was dan zou ik hem onmiddellijk met een traumaheli bevrijden van zijn zinkende opdracht. 

Filosoof Descartes zei ooit: ‘Ik denk, dus ik ben’. Aan het werk dus Dick Schoof zou ik zeggen, want nu ben je je denkvermogen aan het aantasten. Want anders had je vast zinnetje van ‘er is en er was geen racisme’ niet bedacht. Intussen is deze zin wel een mantra geworden binnen de regering. Alhoewel, regering. Ze klooien maar wat aan en komen tot niets. 

Nee, dan kun je beter geloven in Sinterklaas. De goedheiligman is weer in ons land en laat de kinderharten sneller kloppen. De intocht in Vianen was om te smullen en hoe mooi is het om te zien dat kinderen nog ergens in geloven. Ikzelf heb het geloof in de politiek, ofwel de waan van alledag, al een poos achter me gelaten. En dus vind ik In deze donkere winterdagen het geloof in de goedheiligman wel een goed alternatief. Ik kijk nu iedere avond naar het Sinterklaasjournaal in plaats van naar het Achtuurjournaal. Daar word ik tenminste een stuk vrolijker van. 

Zo vrolijk zelfs, dat ik overweeg om mijn schoen te zetten. Alleen, ik weet niet precies waar. Ik heb namelijk geen schoorsteen, wel bovenburen. Tja, en dan lukt het de goedheiligman en zijn Pieten niet om de winterwortel voor zijn witte schimmel uit mijn schoen te plukken. Wat dan te doen? Misschien kan ik de goedheiligman op 5 december voor een half uurtje thuis op de thee uitnodigen. Maar ook dat lukt niet, want hij heeft een volle agenda. Bovendien vraagt de goedheiligman voor een half uurtje zo'n 250 euro. Dat is toch ook niet te geloven!


donderdag 14 november 2024

Ben lief voor elkaar


 

De elfde van de elfde heeft kennelijk iets magisch voor veel Bosschenaren, maar ook voor veel jongeren uit omliggende dorpen en stadjes. Dit jaar viel de elfde van de elfde op een maandag, het begin van een nieuwe werkweek. Dan moet je nog bijtanken en toch sta al bijtijds op de Parade met een biertje in de hand te wachten totdat Peer van den Muggenheuvel om klokslag 11.11 uur het startsein geeft voor de start van het nieuw carnavalsseizoen. Daarna daalt dan de confetti vanuit het ‘blaue hinein’ op de dansende en zingende meute neer. Iedereen wordt bijkans gek van blijdschap.

De burgemeester zegt: 'ben lief voor elkaar, dat is de kracht van Oeteldonk’. En dat is mooi gezegd van de burgemeester op de elfde van de elfde waar het roodwitgeel de dag kleurt. In dit huidige tijdsgewricht doen deze woorden ertoe. Het roodwitgeel brengt mensen samen, jong en oud. D’n elfde van de elfde is de proloog van het carnaval en is voor een dag uitgegroeid tot een waar Bosch volksfeest. En zo gaan we op weg naar carnaval begin maart volgend jaar. Dat is nog een poos weg, maar dat zal de carnavalsvierder niet deren zolang de binnenstad maar roodwitgeel blijft kleuren. De kleuren roodwitgeel zijn haast heilig verklaard in het Bossche. 

Ook bij mij zit het roodwitgeel als oud-carnavalsvierder nog altijd diep in mijn hart. Dat zal nooit anders worden, het hoort bij mijn dna. Carnaval kreeg ik met de paplepel ingegoten, het hoorde bij mijn opvoeding. Afgelopen maandagmorgen kreeg ik op de Parade om precies elf over elf heimwee naar al mijn mooie carnavalsjaren. Naar de muziekskes, naar de slappe Bossche klets met Jan en alleman, naar het goudgele nat en naar het meebrullen met ‘Bij ons staat op de keukendeur, het is niet overal rozengeur’ of ‘Ik ken munne mens niet veinde’. Om daarna dronken van genot in bed te vallen om de volgende dag weer roodwitgeel aan te lopen. En weer naar de kroeg te gaan waar de geur van het schrale bier hing. Het is om weemoedig van te worden.

Maar dat is nu voor mij voorbij. Een spreekwoord zegt: ‘er is tijd van komen, er is een tijd van gaan’. En desondanks blijft carnaval voor mij een fantastisch feest dat alle poriën in je lijf wijd openzet. Vooral nu is het, denk ik, voor velen een weldadige uitlaatklep. Zeker nu de spanning in de wereld om te snijden is. De ruk naar een nogal rechtse samenleving is overal groeiende, ook hier. De tegenstellingen worden groter en het jachtseizoen op bepaalde groepen in onze samenleving is geopend. En dat voelt unheimlich en absoluut niet fijn. Luister daarom liever naar de woorden van onze burgemeester: ‘ben lief voor elkaar’! 

vrijdag 8 november 2024

De weg kwijt

 

Fotograaf Hans Aarsman heeft een rubriek in de Volkskrant. Eenmaal per 14 dagen analyseert hij een foto die er in zijn ogen toe doet. Hij verstaat de kunst om een foto interessant en spannend te maken voor de lezer. Maar vaak kijk je heel kort naar een foto bij een artikel. Normaal kijk je, als het een mooie foto is, iets langer. Daarna sla je de pagina om. Dan heb je in feite 99% van wat er te zien gemist. Zo gaat het meestal. Na een analyse van een foto door Hans Aarsman ga je er anders naar kijken. Zijn laatste foto in de Volkskrant gaat over Caroline van der Plas en haar chauffeur. Ze zitten samen in een auto en vertrekken bij het Catshuis na het afgesproken asielakkoord.  

De analyse van Hans Aarsman bij de foto: 'Het is een half uur na middernacht als Caroline van der Plas voor het Catshuis in een auto met chauffeur stapt. Het asielbeleid is erdoor, ze kan naar huis worden gereden. Buiten de poort staat de pers te wachten. Het raampje gaat naar beneden, de microfoons gaan naar binnen. Boven Caroline brandt een klein maar fel lampje, de binnenverlichting staat aan. Was ze iets aan het lezen. Opvallend dat aan Carolines kant de binnenverlichting brandt en aan de kant van de bestuurder niet. Daar zit net zo’n lampje. Maar welke reporter zou een vraag willen stellen aan een chauffeur? Toch is deze man niet de eerste de beste. Het is Henk Vermeer, mede-oprichter van BBB en rechterhand van fractievoorzitter Van der Plas’.

Nu probeer ik, net als Hans Aarsman, de foto bij deze column wat nader te belichten. Vorige week zaterdag was er ter gelegenheid van de 80-jarige bevrijding van Den Bosch in de binnenstad een grote parade van oude legervoertuigen. Langs de kant stonden honderden mensen. Het leek wel bevrijdingsdag. Tanks, jeeps en motoren trokken voorbij. Het was heel indrukwekkend allemaal. Zo te zien was alles keurig onderhouden, alsof het niets had geleden onder de oorlog. Maar dat onderhouden kun je wel overlaten aan hobbyisten van legervoertuigen. Het zou niet mijn ding zijn, maar misschien zijn dit mensen die op een of andere manier de oorlog levend willen houden. Nou, daar hoeven ze in het huidige tijdsgewricht niet veel voor te doen. 


Ik stond ook langs de kant en heb een paar foto’s gemaakt van de indrukwekkende stoet, totdat mijn oog getrokken werd naar een man in een legergroen uniform op een dito legergroene fiets. Ik maakte een foto van hem. Hij keek wat onwennig rond. Had hij de verkeerde afslag genomen? Wat doe ik hier, zal hij hebben gedacht. De man had een rode baret op zijn hoofd en om zijn rechter bovenarm zat een Rode Kruis band. Aan zijn stuur hing een legerpukkel met daarin waarschijnlijk eerste hulp spullen. Hij was niet de jongste meer. Als een echte veteraan riep de man het beeld op van iemand die zo uit de Tweede Wereldoorlog was gelopen. Zijn ogen werden afgeschermd door een zonnebril. Dat maakte hem wel stoer. Een paar mensen om hem heen keken verbaasd naar de man. Wat doet hij hier? En terwijl ik hem observeerde dacht ik: de goede man is inderdaad de weg kwijt, maar dat zijn er tegenwoordig meer.

 


zaterdag 26 oktober 2024

Gratis naar de film! Of toch niet?




Sinds enkele maanden ben ik in bezit van een Cinevillepas. Ik speelde al een poosje met de gedachte om zo’n pas aan te schaffen. Waarom ook niet? Met zo’n pas kan ik gratis naar een film in de VF. Nou ja, gratis. Dat is natuurlijk niet waar. Iedere maand wordt er voor deze pas 22,50 euro van mijn rekening afgeschreven. Dus niks is voor niks. Nou ja, dat is ook niet helemaal waar. Het zit zo: na het bezoek aan twee films in een maand is het bezoek aan een derde film wel gratis. Twee films kijken kost mij drieëntwintig euro. Dus reken maar uit. Na twee films speel ik dan quitte. Zo lijkt het dus gratis, alsof er geen prijskaartje aan hangt. Maar dat is jezelf voor de gek houden, want aan alles hangt een prijskaartje. 

Nu ik vaker naar de film ga trakteer ik mijzelf voor of na de film op een drankje in de VF. Een kopje koffie kost al gauw zo’n drie euro, om over een glas witte wijn maar te zwijgen. Tel ik dan ook wat ik in een maand uitgeef aan de horeca, dan verdwijnt het idee van gratis naar de film als sneeuw voor de zon. Daar komt bij dat ik zonder een Cinevillepas niet zo vaak naar een film zou gaan, omdat ik selectiever zou zijn in mijn keuzes. Nu denk ik: toe maar, de film zal wel de moeite waard zijn! Het beschikken over een Cinevillepas is leuk, maar voelt wel best dwingend. De dames achter de kassa zullen wellicht denken: daar komt die gratis filmkaartjesman weer aan. Daar komt bij dat, als ik mijn kaartje ophaal, moet nadenken naar welke film ik ga. Gelukkig hangt er boven de kassa een scherm waar alle films op vermeld staan. 

Donderdag was ik op weg naar de VF toen ik een oud-collega tegenkwam. Na wat heen en weer gebabbel over onze Malmbergtijd vroeg hij: maar welke film ga je? Tja, iets met Istanboel in de titel, zei ik. Maar dat weten ze wel bij de kassa, zei ik lachend. Ik bedoel maar. En ik merk ook dat films soms door elkaar ga halen of dat ik naar een film ben geweest waarvan ik bij het verlaten van de filmzaal denk: waarom ben ik in godsnaam naar deze film geweest. Dat is allemaal schuld van de Cinevillepas, Eigenlijk is een Cinevillepas een soort van AH-bonuskaart. Met een bonuskaart van grootgrutter AH heb je namelijk ook vaak twee betalen, een gratis aanbiedingen. In zo’n actie ben ik onlangs nog ingetuind. Ik koop dan iets wat ik normaal niet zou kopen. Het stond ook niet op mijn boodschappenlijstje. Heel slim van AH. Nu wil ik niet zeggen dat de Cinevillepas ook zo werkt, maar de pas voelt wel net zo verleidelijk. O ja, nog even over de laatste film. De titel is ‘Crossing Istanbul’. Het was een mooie film, met fraaie beelden van een stad die ik ooit heb bezocht.

vrijdag 18 oktober 2024

De vangst van de dag!



En? Heb je afgelopen woensdag gedoneerd aan Giro 555? Dit keer was het voor alle slachtoffers in Gaza, Libanon, de Westelijke Jordaanoever, Israël en Syrië. Dat zijn er inmiddels heel veel. In dit grote rampgebied zijn naast de bijna 46 duizend doden, de ontelbare gewonden zo'n drie miljoen mensen op de vlucht. Het duo, de Spelbrekers Faber en Wilders, kunnen hun borst alvast nat maken. Want het aantal vluchtelingen zal, als het aan de geheime agenda van Netanyahu ligt, alleen maar toenemen. De vraag is: wie gaat deze geweldsspiraal, die op het elimineren of wegjagen van alle Gazanen begint te lijken, stoppen? Wie het weet mag het zeggen! Ik vermoed voorlopig helemaal niemand die ertoe doet.

Voor Giro 555 van Stichting Samenwerkende Hulporganisaties is dit in hun bestaan alweer de 49e actie. Kortom, we leren niets. De oorlog gaat gewoon door alsof we naar een soort van Game of Thrones serie zitten te kijken. De eerste Giro 555 actie ‘Eén voor Afrika’ was in 1984, veertig jaar geleden. Wat was er toen aan de hand? Er was geen oorlog, maar een grote hongersnood in diverse Afrikaanse landen. Wat doe je als je hiervan hoort? Uit een soort van schuldgevoel ga je dan geld doneren. Ik belde met een belpanel en hoopte stiekem een BN’er aan de lijn te krijgen. Bij dit soort acties zetten BN'ers zich namelijk graag in. Op tv zag ik afgelopen week al een paar keer cabaretière Claudia de Breij voorbij komen.

Zo was Mies Bouwman in november 1984 een van de presentatoren van het eerste Giro 555 tv-programma. En als er iemand een gevoelige snaar bij mensen kon raken om geld te doneren was Mies Bouwman dat wel. Voor de huidige actie vervulde de mediageile Herman van der Zandt de hoofdrol. Blijkbaar heeft Herman overal verstand van. Nou ja, hij was natuurlijk niet voor niks de slimste mens bij het spel ‘De slimste mens’. Hij is bijna net zo slim als Maarten van Rossum. Herman heeft samen met Tooske en Renze afgelopen woensdag tussen allerlei tv-programma's in aandacht, maar vooral geld gevraagd voor hulp aan de ontelbare slachtoffers in het Midden-Oosten. De 49e Giro 555 actie was vlak voor het NOS Journaal en vlak daarna. Vlak voor de nieuwe serie ‘Oogappels’ en vlak daarna. Vlak na de ‘Avondshow met Arjen Lubach’. Heel slim! Er kijken namelijk veel mensen naar deze programma’s. En zo werd het onaangename aan het aangename gelinkt. 

Vlak na 23.00 uur maakten de drie BN’ers samen met het opperhoofd van Giro 555 de vangst van de dag bekend. Echter, de manier waarop dat gebeurde vond ik nogal bizar. Aftellen van 3 naar 1, een klap op de rode knop en het bedrag uitschreeuwen. Het klonk alsof iemand een grote prijs had gewonnen in de Postcodeloterij. Heel surrealistisch allemaal, wetende dat in het Midden-Oosten de godganselijke dag bombardementen plaatsvinden. Na bekendmaking van het bedrag vertelde cabaretière Brigitte Kaandorp in de talkshow ‘Bar Laat’ dat ze volop bezig is met De Grote Advent Show, want het is zo weer Kerstmis. Kerstmis? Staat dat niet voor vrede op aarde?



vrijdag 11 oktober 2024

Muizen


Ik ben weer terug uit het hartverwarmende en bijna altijd zonnige Fuengirola, een stad die voor mij voelt als een tweede thuis. Toen zaterdagmiddag het vliegtuig landde op Eindhoven Airport leek het of de schilders van het schildersbedrijf Sol waren mee gevlogen, want ook de Hollandse lucht kleurde blauw. Al was het grote temperatuurverschil meteen voelbaar. Onderweg naar huis dacht ik: zou er nog wat spannends in de brievenbus liggen? Meestal niet, maar je weet maar nooit. Nou, de brievenbus puilde zowat uit, maar dan van de dikke zaterdagkranten. Dat was het wel zo’n beetje. Tussen de kranten trof ik wel een memo aan van de penningmeester van ons bewonerscomité. Zal vast niet boeiend zijn, dacht ik. Ik wilde het memo al door midden scheuren, totdat mijn oog werd getroffen door de eerste zin. En zo werd het toch nog een spannende thuiskomst. 

Wat las ik? ‘Een aantal van onze medebewoners heeft bezoek gehad van een muis in hun appartement en anderen van een muis die terug blijft komen in het appartement’, aldus de penningmeester. Nu is vorig jaar op mijn balkon ook een muis op bezoek geweest, maar die heb ik eigenhandig naar de eeuwige jachtvelden verwezen. Nou ja, een muizenklem met daarin een stukje pittige kaas heeft dat klusje voor mij geklaard. Maar mijn medebewoners hebben kennelijk voor een andere weg gekozen en de penningmeester ingeschakeld om een oplossing te bedenken. 

En ik kan je vertellen dat hij zijn uiterste best heeft gedaan. Niet dat hij persoonlijk het muizenprobleem zou kunnen oplossen, want een muis verplaatst zich snel en past in elk gaatje. De penningmeester: ‘een muis heeft genoeg aan een halve centimeter ruimte’. Iedereen weet dat een halve centimeter helemaal niets voorstelt, behalve de muis dan. Die kruipt op z’n gemak door het oog van de naald om op zoek te gaan naar wat lekkers. Dus vindt onze penningmeester dat je je huis onaantrekkelijk moet maken. Nou ja zeg, ik ga toch niet mijn huis onaantrekkelijk maken vanwege een grijze muis. Een huis moet wel plezierig blijven om in te wonen. Oké, zo bedoelt hij het nou ook weer niet, Nee, hij bedoelt dat je alle naden en kieren dicht moet maken en ook de vuilnisemmer goed afsluit.

En bij dat laatste hoor ik mijn partner praten. Ze weet dat ik weleens vergeet om de deksel er helemaal strak op te doen. Als ze dat constateert zijn de rapen gaar. Trouwens zou een muis een raap lusten? Onze penningmeester had nog meer goede tips. Nog eentje dan. ‘Muizen kunnen absoluut niet tegen chloor of ammoniak of andere chemische geuren. Die plekken zullen ze mijden’. Nou, ik ook. Maar nu komt het. De penningmeester: ‘muizen nemen dan gewoon een omweg om daar te komen waar ze willen zijn’. Verdorie, het zijn net mensen. Het klinkt namelijk heel herkenbaar. Tja, wat te doen? Misschien moeten mijn medebewoners een poes uit het asiel adopteren, want wie kent niet het gezegde: als katjes muizen, mauwen ze niet. Helemaal waar. Dat mauwen over een muis doen mijn medebewoners wel.

woensdag 2 oktober 2024

Druppelsgewijs


Het lijkt wel of de zon maar niet wil ondergaan in Fuengirola. Iedere ochtend bij het opstaan, zie ik dat het schildersbedrijf Sol de lucht weer blauw heeft doen kleuren. Strakblauw wel verstaan. Dat moet vast vroeg in de ochtend zijn gebeurd. En dan smaakt bij een strakblauwe lucht een kopje koffie extra lekker. Maar koffie zetten in het appartement waar ik verblijf doe ik niet zomaar. Kijk, thuis doe ik een cupje in het espressoapparaat, druk het knopje in en klaar is Kees. Ik bedoel klaar is de koffie. Maar hier gaat koffie zetten nog op de ouderwetse manier, namelijk met filterzakjes en filterkoffie. Da’s even wennen, want dat betekent dat ik de koffie de tijd moet geven om druppelsgewijs klaar te komen. Nou ja, wat zeg ik nu weer. Dat komt vast door de zon, misschien heb ik wel een mini zonnesteek.


Druppelsgewijs! Als het iedere dag zo warm is, moet ik haast alles wel druppelsgewijs doen. Dat klinkt misschien oubollig, maar dat komt omdat ik bijna jarig ben. Dan ga ik de tien keer acht aantikken en is alles druppelsgewijs doen wel zo verstandig, toch? Dat tien maal acht aantikken voelt alsof ik minstens twee keer de marathon heb gelopen. Nee, niet op z’n Sifan Hassan’s, maar gewoon op mijn manier met het gebruikelijke vallen en opstaan. Als mensen mij nu vragen: hoe gaat het? Dan zeg ik altijd ‘goed zat'. En met het woordje 'zat' bedoel ik niet dat ik dronken ben van de drank, maar dronken van het leven. 



En nu beleef ik dat dronken zijn in het zonnige Spaanse land. Voor even alles ver weg, behalve de kans op een zonnesteek natuurlijk. Als ik mijn ochtendwandeling maak langs de zee, schijnt de koperen ploert namelijk al heel uitbundig. Ik voel dat mijn gezicht wordt geschroeid, maar eigenwijs als ik ben verrek ik het om een zomerhoed op te zetten. De zon stemt mij mild en verwarmt mijn ziel. En dat voelt heel goed. Want om me heen zie ik de grote boze wereld alleen maar steeds bozer en angstiger worden. Maar wat kan ik daar aan doen? Helaas helemaal niets. En daarom laat ik de dag maar op mij afkomen en ga ik op pad. 



Gisteren heb ik de bus genomen naar de Stupa. Nee, niet naar een Stupa in Nepal, maar gewoon vlakbij Benalmadena Pueblo. Daar torent de Stupa met zijn gouden koepel hoog en onaantastbaar boven alles uit. Het tegen de berg aangeplakte witte dorp Benalmadena Pueblo ligt ernaast. Waarom de Stupa daar is gebouwd is mij niet bekend. Maar de Stupa, na het inademen van een mantra, inspireerde mij wel om van het ene witte dorp naar het andere witte dorp Arroyo de la Miel te gaan lopen. Onderweg heb ik op een terras een cortado en een Spaanse lekkernij genuttigd en in het schattige Arroyo de la Miel nog een cerveza gedronken. Om dronken van te worden. Wat was de titel van een boek van Remco Campert ook alweer? Het leven is verrukkelijk! Zo is het, nou bijna dan! Nog even genieten en dan weer terug naar de Hollandse luchten. Ook mooi, maar wel minder blauw en met meer druppelsgewijze tinten grijs!





donderdag 19 september 2024

De murals in Fuengirola



Ga je nou weer naar Fuengirola? Je was toch zo’n wereldreiziger? Ja, was. Nu niet meer. De grote reizen zijn foto’s van vroeger geworden, maar de herinnering blijft springlevend. Weet je, Rob de Nijs heeft er in zijn goede jaren nog een liedje over gezongen. Dus ben ik, vlak voor Prinsjesdag, weer eens naar Fuengirola getogen. September is een mooie maand om in Spanje te zijn. Bovendien wilde ik niet met Prinsjesdag thuis zijn. Nee, niet voor het koningshuis. Maar ik wilde op tv niet naar schaduwpremier en buikspreker Geert Wilders kijken. Het is vast geen geheim dat ik Wilders een enge man vind, een soort Orban in het klein. En laat ik eerlijk zijn: onze premier Dick Schoof is gewoon zijn ondergeschoven kind. 


Ons huidige politieke regeringsbouwwerk lijkt veel op het stedelijk allegaartje van Fuengirola, de stad aan de azuurblauwe Middellandse Zee die alle architectonische schoonheid ontbeert. Het is min of meer een rauwe stad. Men bouwt er hoog en laag door elkaar, zonder enige verbinding te leggen en zonder te letten of er iets van harmonie in zit. Men doet maar wat, net als de nieuwe coalitie ofwel het rariteitenkabinet in ons land. Een voorbeeld: ze verhogen de btw. ‘Waarom doen ze dat? Dat weten ze niet, maar het is wel kassa, althans dat denkt deze coalitie. En ze vergeten even dat sport en cultuur een broodnodige voeding is voor onze samenleving.


Zo, dat ben ik kwijt. Laat ik nu maar teruggaan naar het onschuldige en vooral sympathieke allegaartje in Fuengirola. Een stad waar het echte Spaanse leven op elke hoek voelbaar is. Dat maakt het voor mij juist aantrekkelijk om er te vertoeven. De ruimte, het eindeloze landschap eromheen en de relaxte sfeer zijn een verademing, ondanks dat er best veel vakantiegangers neerstrijken. Maar Fuengirola is gelukkig geen Torremolinos of Benidorm waar zon, zee en zuipen de troefkaarten zijn. Het mooie aan Fuengirola is, buiten dat het een echt Spaans hart heeft, dat het op cultureel gebied vaak iets verrassends te bieden heeft. Zo kan ik iedere vrijdagavond gratis naar een concert in Casa de la Cultura. Ik moet dan wel op tijd in de rij gaan staan, want vol is vol.


Het mooie is dat op cultureel gebied bijna alles gratis is in Fuengirola. Ook het openbaar vervoer is heel aantrekkelijk voor een grote groep mensen die niet meer piep zijn. Je snapt vast wat ik hiermee bedoel. O,ja, ik had het in deze column over het verrassende wat Fuengirola te bieden heeft. In de arbeiderswijk El Boquetillo, vlak bij het centrum, zijn twintig grote decoratieve immens grote muurschilderingen op gevels van nogal armoedige appartementen te aanschouwen. Zo te zien straalt de armoede van de wijk af. En dan vind ik het bijzonder dat deze arbeiderswijk op deze manier toch kleurrijker is geworden. Een van de murals ‘The Magic of Dreams' van de Spaanse kunstenaar Kato laat zien dat je altijd moet blijven dromen. Hoe lastig soms ook.






vrijdag 13 september 2024

Wen er maar (niet) aan!




Terwijl ik achter mijn laptop bezig ben met het schrijven van een column zie ik buiten donkere wolken zich samenpakken, De bomen langs het kanaal maken ter ondersteuning dansende bewegingen. Van voor naar achter, van achter naar voor. Op de Zuid-Willemsvaart probeert een man op een bootje zo snel mogelijk een veilige haven te bereiken voordat hij misschien uit het bootje wordt geblazen. De regen klettert kort, maar hevig naar beneden. Ergens in de verte dondert het. Wen er maar vast aan, hoorde ik laatst op tv een weerman zeggen. Afgelopen zaterdag fietste ik nog in mijn korte broek en polo shirt naar vrienden. De zon lachte me toe en mijn gezicht kleurde - zoals tijd - rood, maar het was ook 28 graden. Nu een paar dagen later is het 15 graden en het is nogal wisselend en buiig weer.

Wat ik dan doe? Dan ga ik naar een film in de VF. Ik heb een Cinevillepas waarmee ik gratis naar de film kan. Ik hoor je denken: hoezo gratis? Niks is toch gratis meer! Toch wel. De kwaaltjes PHPD, die je bij het vorderen van je leeftijd krijgt aangereikt, zijn gratis. Daar hoef je helemaal niets voor te doen, alleen maar te ondergaan en zo af en toe erover klagen bij je partner of tegen zomaar een voorbijganger bij AH. Dit terwijl je bij de kassa staat te wachten totdat je je boodschappenkarretje kunt leegmaken. Als je vervolgens de boodschappen hebt afgerekend en op je bonnetje kijkt, zeg je tegen jezelf dat het allemaal verrekkennis duur is geworden. Wen er maar aan, zegt de bovenbaas van AH die ergens in het buitengebied in een grote riante villa woont. Ach, hij heeft er hard voor gewerkt, maar wie niet?

Ik dwaal af, want ik was op weg naar een film in de VF. Onderweg keken donkere wolken me dreigend aan. Ik versnelde mijn pas, stak over en werd bijna door een fatbiker omver geblazen. Ik schrok me een hoedje, daar lag ik toch bijna op de grond. In mijn gedachte hoorde ik al de sirene van de ambulance. Intussen begon het weer te regenen, maar de VF was niet ver meer. Ja, ja, de fatbike, dat verrekte snelheidsmonster. Het is nu zover dat zelfs de kersverse PVV-minister er zich mee gaat bemoeien. De helmplicht voor fatbike en ebike dreigt. Wen er maar aan! O ja, dan nu de film. 

Ik ben naar ‘De jacht op Meral Ö’ geweest. Meral is van Turkse afkomst, is gescheiden en heeft twee jonge kinderen. Meral is een van de slachtoffers van de walgelijke toeslagenaffaire die maar niet wil eindigen. Meral wordt door de overheid behandeld alsof ze grofvuil is. Sorry dat ik besta, hoor ik haar haast zeggen. Iedereen en alles lijkt tegen haar te zijn. Ze wordt door mensen van de Sociale Dienst buiten gefotografeerd en aan respectloos verhoor onderworpen. Ze dreigt ook haar twee kinderen te verliezen, met dank aan school en Jeugdzorg. Ik kan wennen aan onvoorspelbaar weer, aan duurdere prijzen, maar niet aan vernedering en onrecht!

maandag 2 september 2024

Zo kan het niet langer




Ofschoon de zomervakantie langzaam als de avondzon achter de horizon verdwijnt wil ik het toch even hebben over het fenomeen vakantie. Dat komt door een artikel hierover in het BD. Dat klonk niet hoopvol. Dus weet ik of het op vakantie gaan nou een feest is, of toch niet? Het vakantiegevoel begint meestal met een jubelstemming, al snel gevolgd door keuzestress. Nu is keuzestress niet ongezond. Het kan echter wel zorgen voor de nodige spanning, zeker als je relatie ook een soort van keuzestress is geworden. En dan moet je ook nog eens gaan nadenken over waar je heen gaat en hoe je daar naar toe gaat? Wat neem je mee? Ga je met het vliegtuig of met de auto van de baas met daarachter je sleurhut of ga je met een georganiseerde Bolderman groepsrondreis mee?


Als je gaat vliegen, dan komt er eventueel vliegschaamte om de hoek kijken. Vliegen is niet goed voor het milieu, ook al kom je zelf uit een goed milieu. Met de auto op zijn Max Verstappen’s naar Frankrijk of Spanje is ook een pittige klus, zeker als de navigatie niet helemaal doet wat ie moet doen. En heb je een volledig elektrische auto dan moet je precies weten waar je kunt tanken, anders moet je wel een lange stekkersnoer meenemen. En met een georganiseerde reis ben je nooit alleen. Kortom, dat bedoel ik met keuzestress en dan heb ik het nog niet over relatiestress en de eventueel bijbehorende kinderen.


Als je kinderen hebt, willen die ook wat in de pap te brokkelen hebben. Ik hoor namelijk regelmatig zeggen: als de kinderen het maar leuk hebben op vakantie dan hebben wij het ook leuk. Ach, zo kun je je natuurlijk van alles wijs maken! Terwijl je met je vakantieplannen aan het stoeien bent, vergeet je even dat je relatie al een poosje niet helemaal lekker loopt. Dan kom ik bij het artikel in het BD. Ik las namelijk dat vlak na de zomervakantie het aantal echtscheidingsaanvragen met zo’n kleine dertig procent toeneemt. Dat vind ik best veel, ofschoon er tegenwoordig, als er al een scheet dwars zit, wordt gescheiden. Ik voel geen verbinding meer, zegt een van de twee. En dan toch samen vakantie gaan met een onverbiddelijke scherprechter op de achtergrond die zegt: Zo kan het niet langer. Dat is ook de kop van het aantal artikel in het BD.


Enfin, tegen beter weten in besluit je toch om naar een zonnig en pittoresk oord te gaan ergens aan de Middellandse Zee. De eerste dagen zijn veelbelovend, verrassend en nieuw. De zon doet je smelten, en een glas witte wijn smaakt net even iets anders. Het lijkt weer op pril geluk. Maar na drie dagen is de rol er een beetje af. Dan vliegen de muggen zoemend om je heen. En voor je het weet wordt je weer eens uit irritatie gestoken. Ja, wat dan? De muggenstift is niet afdoende. De muggenbeten worden zichtbaar. Er is geen ontkomen aan.Thuis kun je nog even de deur achter je dichttrekken en met vrienden afspreken om leuke dingen te gaan doen. Op je vakantieverblijf ben je de godganselijke dag op elkaar aangewezen en dan kunnen drie weken lang duren. Eenmaal thuis zul je vast tegen je buren zeggen dat je vakantie tof was, terwijl je denkt: zo kan het niet langer!

zaterdag 24 augustus 2024

Kedeng, kedeng







Als autoloze maak ik met plezier gebruik van het openbaar vervoer ofwel de trein ofwel de bus. Ook ben ik soms bijrijder in een heuse auto. Maar meestal maak ik gebruik van mijn goede vriend de ebike. Kortom, ik ken eigenlijk geen vervoersprobleem. Waarom ga ik er dan toch een column aan wijden? Het is nog steeds komkommertijd oftewel het is nog zomer en dan zijn de onderwerpen schaars. Edoch, de zomer nadert het eindstation. Hopelijk komt ie, net als de trein, te laat binnen. Intussen zijn de scholen onder de rivieren weer begonnen. Ik weet niet of je al in het snotje hebt dat het vroeger donker wordt. Afgelopen dinsdagavond, toen de regen wel heel hard naar beneden kletterde, was het al heel vroeg donker. Ik keek door het raam naar buiten en zag dat de jeu de boulesbaan beneden bijna helemaal was ondergelopen, je kon er zowat pootje baden. Gelukkig klonk op Radio 5 vrolijke muziek, nou ja vrolijk. Het was Kedeng, kedeng, een liedje van Guus Meeuwis. Een liedje dat over mijn onderwerp gaat: de trein. In Kedeng, kenden, kwam de trein tien minuten te laat binnen en dat vond Guus maar niks, want nu kon hij tien minuten minder bij zijn liefje zijn. Nou ja, zeg. Wat is tien minuten op een mensenleven, Guus? Straks ben je blij dat de trein 10 minuten later is wanneer je weer naar je liefje moet.

Nee, ik erger me niet aan een te laat vertrekkende trein. Veel treinreizigers daarentegen wel. Jammer, maar helaas, zou Sjef van Oekel hebben gezegd. Ja, helaas, want de NS heeft aangekondigd dat de komende maanden veel treinen, vanwege onderhoud, niet op tijd zullen rijden. Niet zo raar, we hebben in ons kleine druk bevolkte land best een druk spoornetwerk en dan gaat er weleens iets mis. Tja, dan is er onderhoud nodig. Gebeurt dat niet, dan kunnen we straks alleen nog maar naar het spoorwegmuseum om een trein te bewonderen. Goed, alle gekheid op een stokje, er zijn ergere dingen aan de hand dan te laat vertrekkende treinen. Wel is het jammer dat de prijs van een treinkaartje gaat stijgen.

Ook Stijn Smeulders, gedeputeerde bij onze provincie vindt dat. Dat snap ik. Zijn beleid is er namelijk op gericht om juist meer mensen gebruik te laten maken van het openbaar vervoer. Daarom wil hij meer huizen laten bouwen in de directe omgeving van een station. Jammer, maar helaas. Zo wordt onze gedeputeerde eerder een gedupeerde provinciebestuurder. In Luxemburg is het openbaar vervoer gratis, misschien moet hij daar eens een kijkje gaan nemen. Wie weet. Wel graag met de trein gaan, Stijn. Het gevolg van een duurder treinkaartje is dat er waarschijnlijk weer meer mensen de auto gaan gebruiken om van A naar B te komen. En zo worden de files weer langer en kom je al neuspeuterend op de A2 een poosje stil te staan. Ook geen feest. Dan kun je beter op een perron staan, even moeten wachten op de trein, en intussen Kedeng, kedeng zingen totdat de trein het station binnen dendert.






zaterdag 17 augustus 2024

Over geluk gesproken





In deze komkommertijd is het zoeken naar een onderwerp om wat leuks over te schrijven. Ik zoek me dus een ongeluk. Deze uitdrukking ken je vast wel of heb je weleens gebezigd toen je iets niet kon vinden. Eigenlijk is het schrijven over ongeluk niet zo’n leuk onderwerp, maar ook weer wel. Dat is een geluk bij een ongeluk. Je zult je vast afvragen waarom ik hierover wil schrijven. Van het woord ongeluk wordt een mens niet echt gelukkig. Toch werd ik getriggerd door een artikel in het blad Scientias. In het artikel werd gezegd dat het streven naar geluk je ongelukkig maakt. Hoezo ongelukkig van geluk?, dacht ik. Maar hoe word ik dan wel gelukkig?

Volgens onderzoeker Felicia Zerwas is het streven naar geluk sterk verankerd in onze samenleving. “Ik heb het altijd interessant gevonden hoeveel focus er ligt op gelukkig zijn. In de westerse wereld wordt er veel nadruk gelegd op geluk. Er bestaan veel maatschappelijke normen en verwachtingen die suggereren dat mensen voortdurend gelukkig moeten zijn om een succesvol en vervuld leven te leiden. Maar het idee dat geluk een essentieel doel is, kan leiden tot druk en stress, vooral wanneer mensen het gevoel hebben dat ze niet aan deze normen voldoen”. Dus als ik Felicia Zerwas moet geloven moet je niet zoveel bezig zijn met het nastreven van geluk. Dat snap ik wel, want waarom zou je geluk nastreven? Ook weet ik niet zo goed wat geluk nou is.. In mijn beleving klinkt geluk nogal als iets ongrijpbaars. Wat ik van de geleerden begrijp gaat het bij geluk vooral over het hebben van positieve gevoelens.

Hoe zit dat bij mij? Heel simpel. Ik word blij als ik op mijn ebike een fietstocht maak én een ooievaar langs de oevers van de Maas zie uitvliegen of een veld aanschouw vol gele bloemen of klaprozen. Maar ik word ook blij omdat ik een ebike heb en dus niet zo hard hoef te trappen om vooruit te komen. Dat voelt bij mij heel positief. Maar moet ik dat geluk noemen. Het zal me een biet wezen. Eerlijk gezegd ben ik niet zo met geluk bezig. De dingen in mijn leven gaan zoals ze gaan. Net zoals in de eeuwigdurende tv-serie ‘Goede tijden, Slechte tijden. Dat is vast herkenbaar, toch? Weet je, misschien komt een geluksgevoel zo af en toe gewoon vanzelf voorbij.

Zo’n geluksgevoel overkwam mij toen ik op de laatste dag van de Olympische Spelen in Parijs Sifan Hassan in de laatste 100 meters zag versnellen en de ellenlange marathon won. Ik werd er zelfs emotioneel van. Tranen van geluk biggelden over mijn wangen. Sifan Hassan zal zich op de eindstreep vast ook heel gelukkig hebben gevoeld. Ik vind haar - weliswaar met een ongelukkige, doch vertederende woordenschat - een topatlete én een hartverwarmende sympathieke vrouw. Op 15 jarige leeftijd is Sifan door haar moeder, vanuit haar thuisland Ethiopië, naar ons land gestuurd om hier het geluk te gaan zoeken. Aha, daar komt natuurlijk het woord gelukszoeker vandaan. Toch?, Meneer Wilders. Of Sifan Hassan het geluk heeft gevonden weet ik niet, maar wij kunnen ons in alle opzichten gelukkig prijzen met een vrouw als Sifan Hassan. Over geluk gesproken!

zondag 11 augustus 2024

Festival of Broken Dreams




De Parade is, na een uitstapje van een paar jaar in het Zuiderpark te hebben gebivakkeerd, weer the place to be voor het Boulevard Festival. En dat voelt bij mij als een beetje thuiskomen. Nu is de Parade niet meer de Parade van voor corona. Het plein heeft intussen een metamorfose ondergaan. Bij de vorige edities van het festival werd het plein nog omarmd door dominante paardenkastanjebomen, maar die zijn een-voor-een doodgebloed. Nu wordt het plein omringd door jonge frisse iepen en lindebomen en een majestueus theater met een dak van klatergoud. Een theater dat tevergeefs verbinding probeert te zoeken met de naastgelegen historische panden. Het theater doet nu serieus mee aan het festival. Heel slim, dat zal het theater - waar veel over te doen is geweest - goed doen. Maar echt passen in de sfeer van de Boulevard doet het theater niet, daarvoor is het te statisch. Maar dat is een detail.

Het met veel zon gevulde festival is bijna ten einde en zal straks na zonsondergang met een laatste act worden uitgewuifd. Wat volgt is een hete plaknacht waar je de slaap niet goed kunt pakken, maar wel kunt nagenieten van het Boulevard festival. Bij de aanvang was ik nog niet on the move voor het festival dat inmiddels haar veertigste editie beleeft. Dat niet on-the-move zijn veranderde echter snel na mijn eerste stappen op het festivalplein en het proeven van enkele ludieke tentjesvoorstellingen.

Inmiddels ben ik al veertig jaar een trouwe bezoeker van het theaterfestival. Een festival dat in 1985 - bij het 800 jarig bestaan van Den Bosch - in première ging als het Festival of Broken Dreams. Heel veel uurtjes heb ik rondgestruind op het festivalplein, de nodige biertjes gedronken en veel mooie en bijzondere (locatie)voorstellingen gezien. Toch wil ik de voorstellingen van 'De Stijle, Want' van een theatergroep uit Tilburg in mijn column eruit lichten. Ze speelde in een tentje waar amper twintig mensen tegelijk in pasten. Dat alleen al was humoristisch en hilarisch tegelijkertijd. Een voorstelling duurde amper twee minuten. Het ging meestal nergens over, maar de originaliteit droop er vanaf. Ik herinner me nog de voorstelling over ‘de laatste der Mohikanen. Een oude Mohikaan, daar zat ie dan, getooid als een indiaan in een bootje. Hij zei een minuut lang niks, peddelde daarna weg en een minuut later stond ik weer buiten. Daar moest ik ongegeneerd lachen om de simpele humor. Kom daar nu nog maar eens om.

'De Stijle, Want', nam op het veertigste Boulevardfestival met een voorstelling van, hoe kan het anders, twee minuten afscheid van hun publiek. Het is mooi geweest, de creativiteit is er nog wel, maar fysiek is het te zwaar geworden, las ik op hun website. Jammer genoeg heb ik hun laatste voorstelling gemist. Ik was net iedere keer te laat voor een kaartje, omdat er al snel een lange rij stond van mensen die vast onbedaarlijk wilden lachen. En dat gebeurde ook. De voorstelling zal waarschijnlijk, net als bij de vorige voorstellingen nergens over zijn gegaan, maar dat was juist de kracht van De Stijle, Want. De makers ofwel de oude jongens van 'De Stijle, Want' zijn nu achter de coulissen verdwenen. Ik nog niet en hoop nog wat jaartjes het theaterfestival te kunnen beleven. Een festival dat voor mij nog steeds voelt als een Festival of Broken Dreams. Broken Dreams, want zo is het leven nou eenmaal!

donderdag 1 augustus 2024

Begin- en eindpunt




Het beginpunt is perron 1 op het station. Ik stap in de trein naar Nijmegen, op weg naar een wandelmaatje. In de trein hoop ik inspiratie op te doen voor een column, want de deadline nadert. Misschien zitten er in de trein wel een paar mensen met elkaar te babbelen over iets spannends. Niet dus, het is opmerkelijk stil in de sprinter. Dat is eigenlijk niet zo gek, want het is hoogzomer en veel mensen vertoeven elders: op de camping in de Ardèche, op het strand ergens aan de Middellandse Zee of gewoon thuis omdat op vakantie gaan teveel stress oplevert. Bij gebrek aan inspiratie ga ik dan maar het BD lezen. Wie weet!

Maar eerst even plassen. Op zich vind ik dat in de sprinter wel een dingetje. Het begint al met het zoeken naar de knop om de draaideur te openen. Eenmaal binnen is het zoeken naar de knop om diezelfde deur te sluiten. Dan hoop ik altijd dat er niemand meekijkt, dat vind ik nogal gênant. Van dat nerveuze gedoe zou ik zomaar in mijn broek kunnen plassen. Eenmaal klaar met plassen is het zoeken naar de knop om de deur te openen. Maar ook deze toiletperikelen in een sprinter zijn mij geen column waard. Hopelijk levert het BD wat meer op om over te schrijven. En dat lijkt me te gaan lukken. In het BD lees ik namelijk dat een zuinige weldoenster uit Lemiers na haar dood al haar huizen aan de huurders heeft geschonken.

Maar eerst Lemiers? Waar ligt dat? Ik had er nog nooit van gehoord. Maar nu wel. Het is een dorpje in het Limburgse heuvelland in de buurt van Vaals. Er wonen amper 800 mensen. Tot aan haar dood woonde er ook ene Anneliese Houppermans, inmiddels de zuinige weldoener genoemd. Anneliese leek in de verste verte niet op het type ‘huisjesmelker’. Nee, in de krant las ik dat Anneliese eruit zag als een zwerver. Ze had een voortand die zichtbaar werd wanneer ze lachte. Ook droeg ze altijd kleine laarsjes, een oude kapotte broek en een slobbertrui. Pruimen-Marie, zoals ze ook wel werd genoemd, bezat wel twintig huizen in Lemiers. In haar leven gaf ze - zo zuinig als ze was - geen cent te veel uit. Zo is Anneliese ofwel Pruimen-Marie kennelijk rijk geworden en huizenbezitter. En niemand in het dorpje die dat echt in de gaten had, totdat ze dood ging.

Treurig is wel dat huizenbezitter Anneliese eenzaam stierf. Op haar begrafenis waren er amper mensen, want kinderen en vrienden had ze niet. Voor haar dood keek bijna niemand naar haar om. Maar nu zullen al haar huurders vast regelmatig aan haar denken nu ze gelukkige huizenbezitters zijn. Wat haar bewogen heeft om haar huizen te schenken blijft gissen. Dat geheim heeft ze in haar graf meegenomen. De moraal van dit mooie verhaal is dat er bijzondere weldoeners zijn. Maar eigenlijk, bedenk ik me, kan iedereen op zijn of haar manier een weldoener zijn, althans als ik de betekenis van het woord goed begrijp. Het hoeft niet altijd over geld te gaan. Intussen nadert de trein en deze column het eindpunt.



zondag 28 juli 2024

De wolf




De wolven in ons land houden de gemoederen bezig en dan bedoel ik niet de geldwolven. De groep geldwolven inmiddels is vele malen groter dan de roedels wolven die vooral op de Veluwe hun domicilie hebben. Waar de geldwolven verblijven weet ik niet, maar dat zal vast op plekken zijn waar grote villa’s staan. De komende jaren komen er nog eens 200.000 geldwolven bij en dat zijn vast niet alleen loterijwinnaars. Nu zijn geldwolven in principe mensvriendelijk en dat kun je van de wolf niet meer zeggen. De wolf is voor de duvel niet bang meer voor mensen. Ja, die verrekte wolf. Hij lijkt op een Duitse herder, maar dat is schone schijn. Zijn karakter is totaal anders. De wolf is bloeddorstiger.

De grootste hobby van de wolf is het doodbijten van makke schapen in de wei. Jammer genoeg lukt het de makke schapen niet om, als er wolvengevaar dreigt, over de dam te springen. Je kent vast wel het spreekwoord: als er een schaap over de dam is volgen er meer. Niet dus, mak als ze zijn blijven ze staan om te worden doodgebeten. Nee, de wolf is absoluut niet mijn dier. Ik heb liever een schaap met zijn aaibare kop. Een wolf moet je niet aaien, dan kun je zomaar worden gebeten. Dus als je een wolf ziet, maak dan dat je wegkomt. Het liefst op een snelle fiets.

En dat brengt mij bij Tadej Pogacar, de wielrenner. Hem vind ik ook wel een beetje een wolf, maar dan in schaapskleren. Waarom zeg ik dat? Tijdens een van de laatste Touretappes zei hij: 'Vandaag fiets ik kalm de berg op’. Ja ja, vervolgens fietste hij als een bladblazer, iedereen omver. Pogacar heeft op zijn gemak zowel de Giro d'Italia als de Tour de France gewonnen. Andere renners, toch niet de minsten, werden voorbij gefietst alsof ze niet bestonden. Weet je, ik vertrouw zijn haast bovenmenselijke prestaties niet helemaal. Als je naar de Tour de France hebt gekeken en oplettend bent geweest tijdens een interview met Pogacar moet je hebben opgemerkt dat deze fatbiker wat vreemd uit zijn ogen kijkt. Kijkt alsof hij in hogere sferen vertoeft.

Nu zul je je vast afvragen waarom ik Pogacar bij het gedoe met de wolven heb gehaald? Nou, ik vind hem net als de wolf niet heel sympathiek. En dat wilde ik even kwijt. Terug naar de wolf. De wolventrek naar ons land zal de komende tijd nog wel toenemen. Er zijn inmiddels tien roedels ofwel zestig wolven. Op zich nog niet zo veel, maar ze hebben wel al heel wat schapen de nek doorgebeten. Vrienden van de wolf zeggen: ‘dat hoort nou eenmaal bij de natuur’. Dat zal wel, maar wat moet een schapenhouder daarmee? Kijk, als de wolf nou trekken zou vertonen van Bor de Wolf uit de Fabeltjeskrant zou ik ‘m nog wel te pruimen vinden. Maar zo niet. En dat zal Roodkapje vast met me mee eens zijn!

vrijdag 12 juli 2024

Trots





 Ik ben op weg naar Portugal, het land van de voetballende oppergod en multimiljonair Ronaldo. Hij had als opdracht was land op het EK in hogere sferen te brengen. Helaas, zijn missie mislukte al snel. In de kwartfinale werd zijn land in een meedogenloze penaltyreeks naar huis geschoten. Het chagrijn was op het verwende gezicht van Ronaldo, waar nog geen rimpeltje is waar nemen, af te lezen. Toch is hij niet de jongste meer op het groene speelveld, met andere woorden: de voetbalkunstjes van Ronaldo maken niet veel indruk meer. En nu zijn de voetballers van Portugal een illusie armer en weer in het warme fado land. Ronaldo zal wel doorgereisd zijn naar Saoedi-Arabië waar hij nu, met dollartekens in zijn ogen, de witjurksultans nog steeds in extase kan brengen.

Dat schrijf ik, terwijl op zo’n 10 km hoogte op weg ben naar het vliegveld van Lissabon. Als ik naar buiten kijk zie ik de eindeloze blauwe lucht en witte wolken voorbij trekken. Het land van Oranje heb ik voor even achter me gelaten, alhoewel links van me zit een jongetje met een oranje shirt. Hoe langer ik naar het shirt keek, hoe valer ik de kleur beleefde. Dat proces was de avond daarvoor al begonnen, nadat de Engelse vlak voor tijd de winnende goal scoorde. Inmiddels zijn onze jongens, ook met een illusie armer, geland op Schiphol. De Jumbo oranjebewaarder bestaat niet meer en is tot zondagavond de Engelandbewaarder. Wie wordt Europees kampioen voetballen? Er is maar een land dat qua voetbal recht op de EK- titel heeft en dat is Spanje. Dat zou ik ook gezegd hebben als ons land in de finale was geraakt. Ons land heeft zeker niet geweldig gevoetbald. Ze hebben op z’n Koemans gespeeld. Een beetje sloom en conservatief. Absoluut niet gedurfd.

 Toch hebben ze iets puiks gedaan! Wat dan?, hoor ik denken. Nou, ze hebben ons land een paar weken vorstelijk oranje gekleurd en ervoor gezorgd dat de onderlinge samenhang en verbinding krachtig was. Het kan dus. Dat zouden we eigenlijk vast moeten houden, want dat is nu hard nodig. En daarom ben ik toch een beetje trots op onze voetballers. Jazeker, een beetje trots. Ondanks de verloren halve finale. Het toch een beetje trots zijn miste ik na afloop van de wedstrijd, zeker bij de NOS-verslaggever met zijn vreselijk domme vragen. Hij had ze juist een hart onder de riem moeten steken in plaats van te vragen: ‘hoe sta je hier en wat gaat er door je heen’? Als je in de regen staat, ga je toch ook niet vragen: word je nat, hoe voelt dat? Intussen zegt een stewardess: ‘de gezagvoerder heeft de daling ingezet, het lichtje stoelriemen vast is aangegaan. Buiten is het 26 graden. Wij wensen u een aangenaam verblijf in Portugal’. En dat gaat vast lukken, ook zonder Oranje in de finale!

woensdag 3 juli 2024

Voorbij denderen




Der zug donnert vorüber’. Deze zin herinnert me nog vaak aan de Duitse les op de middelbare school. Zo af en toe komt deze zin boven drijven in mijn hoofd. Niet dat er een directe aanleiding is om te zeggen: 'Der zug donnert vorüber', maar de zin klinkt alsof iets overweldigend is. In goed Nederlands betekent de zin: de trein raasde voorbij. Eigenlijk is het flauwekul wat ik hier bezig, maar ook weer niet. Afgelopen zaterdag bezigde ik deze zin plots vlak voordat ik naar bed ging, nadat ik die avond in de Grote Kerk op het Kerkplein had genoten van een prachtig zomerconcert. Een verrukkelijk zomerconcert waarin bandoneonist Carel Kraayenhof met zijn Adios Nonino de avond naar een absoluut hoogtepunt stuwde. Ik proefde weer even de traan van Maxima.


Wel fluisterde ik de zin in de stilte van de naderende nacht, want anders zou mijn partner misschien gaan denken dat ik van het padje geraak. Nou ja, dat zou zo maar kunnen, want binnenkort stijg ik op de leeftijdranking. En hoe hoger op de ranking, hoe hoger de kans op wartaal. In die context noem ik de twee bejaarden seniele potentiële rollator presidentskandidaten in VS die in november hakkelend en wel om de gunst van hun kiezers gaan vragen. Zou dat trouwens de reden zijn dat het BD een artikel heeft geschreven over senior-seks? ‘Senior-seks bestaat’!, luidde de kop. 'Wie denkt dat seks ophoudt boven een bepaalde leeftijd heeft het mis. Ouderdom hoeft in bed de pret niet te drukken', vertellen deskundigen die waarschijnlijk zelf een stuk jonger zijn. Wel zeggen ze dat 75-plussers veel minder actief zijn. 


Niet zo vreemd, want iedere onverwachte beweging kan leiden tot kramp in je been of verdraaiing van je rug of nog erger: een tochtje naar de EHBO-post. Als je het na wikken en wegen het toch doet, dan wil je indruk maken op je partner én onder het genot van een biertje bij je vrienden pochen over je senior-seks. Hen vertellen dat je geen Viagra-pil nodig had of een rollator om een aanloop te nemen tot de daad. Kortom, je pleegt een soort van plengoffer. Een plengoffer is een offerande waarbij een vloeistof op een altaar wordt geplengd. Ik denk dat mijn columnlezers nu vast over een hoogtepunt gaan fantaseren.


Van plengoffer naar Keti Koti is een kleine, 
doch serieuze stap. Plengoffer en Keti Koti zijn  onlosmakelijk met elkaar verbonden. Op 1 juli jl. was de officiële herdenking van het slavernijverleden in het Oosterpark in Amsterdam. De woorden van een van de sprekers, burgemeester Femke Halsema, maakte veel indruk op de aanwezigen, maar ook op mij. Ze zei: ‘Een verbrande huid geneest niet als die telkens weer wordt opengehaald met het brandijzer van het hedendaagse racisme’. Tijdens haar toespraak voelde ik de onaangename en overweldigende wind waaien van het nieuwe, nogal heel rechtse kabinet. In mijn hoofd voelde ik weer plotsklaps de zin ‘ Der zug donnert vorüber’ opwellen. Ik hoop vurig dat 'der zug' heel snel voorbij zal denderen.

vrijdag 21 juni 2024

Zomergevoel



 Ik liep in de Nieuwstraat op weg naar huis. Het regende weer eens. Mijn paraplu was mijn beschermfactor. Normaal gesproken zou je nu een zonnebrand beschermfactor nodig hebben. Maar niets is minder waar, want het regende al vanaf het moment dat ik mijn ogen opendeed. Niet verrassend. De weervrouw van het KNMI had de avond daarvoor in het late NOS-journaal al veel nattigheid in ons land voorspeld. Veel nattigheid! Dat voel ik ook als ik niet op tijd ga plassen, maar dat heb ik zelf in de hand. De overvloedige nattigheid die uit de lucht valt, heb ik niet in de hand. Maar laten we vooral niet somberen. Er is immers helemaal niets aan de hand, zegt BBB-voorvrouw Caroline van der Plas. Ja, zij weer. Boos en stampvoetend had ze al moeten aanhoren dat de EU de natuurherstelwet heeft omarmd.

Haar buienradar ging bij dit nieuws meteen pieken. En Caroline, die rechtstaatlijke nattigheid zal nog wel even aanhouden nu jouw favoriete regeringscoalitie binnenkort op het bordes verschijnt met een alziende geheime dienst-agent als premier. O ja, Caroline was onlangs nog naar Brussel geweest om daar eindelijk eens met haar vuist op de tafel te slaan, want kom niet aan haar boeren. Die hebben - net als Caroline - tenminste echt vlees op de botten. Wel jammer voor haar dat er in Brussel geen tafel te vinden was waar ze op kon slaan. Maar ja, haar gekwek slaat ook nergens op. Het is simpelweg gewoon allemaal boerenbedrog. En als het regent zal Caroline zeggen: het regent zonnestralen. Niet dat het haar woorden zijn, zo creatief is ze nou ook weer niet.

Intussen loop ik nog steeds in de Nieuwstraat. Halverwege de Nieuwstraat keek een man mij nogal doordringend aan. Ik zag dat de goede man, zo te zien aan zijn groene jack, een medewerker was van Weener XL. Hij liep met een plastic zak vol afval die hij uit een gemeentelijke afvalbak had gevist naar een soort van bolderkar. Mag ik u wat vragen?, vroeg hij beleefd doch resoluut. Natuurlijk zei ik. Wordt het dit jaar nog zomer? Ik wilde eerst zeggen: dat moet je aan Geert Wilders vragen want die zei dat de zon weer zou gaan schijnen. Maar daar had de goede man niets aan, tenzij hij op de PVV had gestemd. Ik denk het niet en keek vertwijfeld naar boven. Ook hij keek naar boven en zei: ik denk het ook niet, en fietste weg op naar de volgende volle afvalbak. Al neuriënd ‘Het werd zomer’ liep ik onder moeders paraplu naar huis. Er zijn trouwens veel liedjes waarin de zomer wordt bezongen. Dat geeft troost. Het mooiste liedje vind ik ‘Here comes the Sun’ van the Beatles, maar ‘Als de zon schijnt’ van Andre van Duin verwarmd mij ook. En zo kreeg ik toch het gewenste zomergevoel, terwijl de regen op mijn paraplu tikte


zaterdag 8 juni 2024

Brede welvaart




Ik vind het best veel verrassend klinken dat ons land in Europa zo goed scoort op ‘brede welvaart’. Alleen Zweden moeten we boven ons dulden. Voordat ik probeer te begrijpen waarom we zo goed scoren ga ik eerst even het begrip ‘brede welvaart’ nader beschouwen. Brede welvaart gaat - naast materiële welvaart - over welzijn of tevredenheid van mensen op verschillende vlakken. Nu klinkt tevredenheid op verschillende vlakken best wel abstract. Om je uit de droom te helpen: het gaat over gezondheid, milieu, onderwijs, persoonlijke ontwikkeling en sociale cohesie. Nou ja, als de tevredenheid op deze vlakken zo goed scoort in ons land vraag ik me toch af waarom zoveel mensen op een radicaal-rechtse partij hebben gestemd?

Eigenlijk zijn we helemaal niet zo tevreden. Schone schijn dus. We beseffen - denk ik - te weinig dat we in een heel welvarend land leven, ondanks dat de Haagse politiek in onze beleving er zo af en toe een zootje van maakt. Maar om dan op een radicaal-rechtse partij te stemmen is niet goed voor ons welbevinden. Dat levert over het algemeen weinig goeds op. Dictatuur ligt dan op de loer. Sla de geschiedenisboeken maar open. Ben ik nu een zwartdenker? Want, ja want? In Zweden is een nogal rechtse regering aan de macht. En laat Zweden notabene als beste scoren in Europa als het gaat om brede welvaart. Tja, hoe kan dat? Ik kan maar één thema bedenken: het is de schuld van de asiel- of de gelukszoeker die steeds weer onze kant op komt. De asielinstroom hangt als het zwaard van Damocles boven Europa.

Waar dat toe zal leiden vind ik nogal ongewis. Dat we een fors asielprobleem hebben is klip en klaar. Dat is niet nieuw. Onze nieuwe coalitie spreekt zelfs over een asielcrisis, dit om ons nog angstiger te maken. Eigenlijk is het asielvraagstuk als een lekkende kraan die alsmaar blijft druppelen. Je kunt het proberen te verhelpen door steeds nieuwe leertjes in de hals van de kraan te doen, maar dat helpt ook niet. Jammer genoeg is er nergens een bekwame loodgieter te vinden die dit overstromingsprobleem kan oplossen. Ook Wilders zal dit met zijn gootsteenontstoppersclub niet kunnen klaren net zo min de EU dat kan. Immers investeren in een derdewereldland is kennelijk nog steeds een brug te ver en geen aantrekkelijk verdienmodel.

Intussen willen wij alleen maar welvarender worden. Ik constateer dat een best wel grote groep rupsjes-nooit-genoeg als een Dagobert Duck vrolijk rondspringt in hun geldfabriek, want geld maakt geld. En iedereen weet zo’n beetje dat het begrip ‘geld maakt geld’ al eeuwen oud is. Dat weten ook de mensen die de armoede en de politieke dreiging in hun land beu zijn. In hun land staat vooral zandhappen in de woestijn op het menu. Dat smaakt niet echt lekker. Maar ja, allemaal naar een land waar de welvaart hoog is kan ook niet meer. Dat vinden wij. Zij niet. En dus blijven de derdelanders de ongewisse oversteek wagen om hier een beetje van de brede welvaart te kunnen gaan proeven. En wees nou eerlijk: wat zou jij in erbarmelijke omstandigheden doen?









donderdag 23 mei 2024

Verwarrende tijden



‘Het zijn verwarrende tijden, zei een vrouw tegen haar vriendin op het terras bij café de Unie. Ik weet het ook niet zo goed meer. Wat moet ik nog geloven’. Ik had het begin van het gesprek gemist, dus wist ik niet of het over haar relatie ging of over het absurde politieke landschap waar we in zijn beland. Ik bestelde een biertje, maar moest hiervoor wel hard schreeuwen. Er scheurde namelijk een auto voorbij, met de vlam in de pijp. De bestuurder met een petje op (hardrijders hebben meestal een petje op) sorteerde kennelijk al voor op het achterlijke besluit om opnieuw 130 km in te gaan voeren. 

In de Volkskrant schreef een lezer dat ze blij was dat deze maximale snelheid opnieuw wordt ingevoerd, dan kon ze namelijk in een rap tempo ons land verlaten. Ze was ons land waar het (extreem) rechtse gedachtegoed haast als normaal wordt beschouwd, helemaal beu. Zover wil ik niet gaan, maar ik vind wel dat we zo zachtjesaan in ons land op eieren zijn gaan lopen. Witte eieren welteverstaan, want bruine eieren zijn ineens niet meer in. Ik begrijp dat witte eieren beter zijn voor het milieu. Voor de goede orde: dat komt niet uit de mond van Caroline van der Plas, filiaalhouder van de ‘kom niet aan mijn boeren’ en nu sidekick van Geert Wilders. 

O ja, bij de presentatie van zijn regeerakkoord zei hij dat in Nederland de zon weer gaat schijnen. Nou, ik heb de zon nog amper gezien. Zag je trouwens hoe Geert, Dilan, Pieter en Caroline keken op een gezamenlijke foto. Het leek wel alsof ze in de wachtkamer van de tandarts zaten, bang voor een pittige behandeling. Nee, dan bedoel ik niet tandsteen verwijderen of een gaatje vullen. Nee, ik bedoel gewoon al hun tanden trekken, dan breekt voor de vier een tandeloos tijdperk aan. Dat zou mooi zijn. Want tandeloos is hun regeerakkoord. 

Het doet mij nogal denken aan boodschappen doen bij Appie Happie. Pakken wat in de aanbieding of bonus is. Caroline gaat natuurlijk voor de boerenyoghurt, twee voor een. Geert zal wel voor de blinde vinken gaan, want dat is hij zelf ook. En Dilan? Ja Dilan. Ik denk, gelet op haar figuur, een maaltijdsalade. En dan Pieter. Die heeft dan al verschillende producten, wat vlees noch vis is, in zijn handen genomen en weer teruggelegd. Moeilijk, moeilijk. Het worden dan toch Hollandse tulpen voor zijn vrouw en Hollands past hem. Ik begon mijn column met de woorden van de vrouw op het terras: ‘het zijn verwarrende tijden’. Wat ze hier nou precies mee bedoelde zal ik nooit achter komen, maar ik weet wel wat onze vier nieuwe aanvoerders bedoelen. En dat zal de verwarring alleen maar doen toenemen!

donderdag 16 mei 2024

Meimaand



Tijdens de meimaand staat de heilige maagd Maria in onze oude Sint Jan in het middelpunt van de belangstelling. Niet alleen van de Bosschenaren, maar ook van de dorpen om ons heen. Op de tweede zondag van de maand mocht Maria even naar buiten, wel onder begeleiding. Sterker, ze werd op de schouders genomen voor een sightseeing door de binnenstad. Ook wel de stille omgang genoemd. Nou, zo stil is het dan niet op straat. Er worden onderweg weesgegroetjes gebeden terwijl de blauw-witte vlaggen fier wapperen. Waarom zijn de kleuren van de vlag eigenlijk blauw en wit? In dit geval staat de kleur blauw voor zuiverheid en de kleur wit voor onschuld. Die kleuren passen natuurlijk helemaal bij Maria. Zij is immers de onbevlekte ontvangenis, tenminste als je de Bijbelse verhalen mag geloven. En geloven doe je zeker als je gelovig bent. Ik ben meer van: en gij geleuft da! Want onschuld en zuiverheid was al ver te zoeken en nu al helemaal.


Maar niet bij Maria. Ze gelooft nog steeds in onschuld en zuiverheid. En met haar doen dat veel mensen die in de meimaand een bezoek brengen aan Maria. Ze heeft, om al die mensen te ontmoeten, tijdelijk haar kapel verlaten. In haar blauwe mantel en haar witte gezicht staat Maria vlakbij het hoofdaltaar. Als een echte lieve zoete moeder oogt ze als een baken van rust en hoop tussen honderden brandende kaarsjes. Allemaal kaarsjes die door mensen met een bepaalde intentie zijn aangestoken. Nu is dat niet verrassend, want het hele jaar door steken mensen kaarsjes aan, daarvoor hoef je niet per se gelovig te zijn. Wanneer steek je nou een kaarsje aan? Om in de kleuren wit en blauw te blijven. Je ziet wit om je neus omdat je een blauwtje hebt gelopen. Dat is natuurlijk een beetje flauw van me. Nee, ik weet haast zeker dat mensen meestal een kaarsje aansteken wanneer er wat naars of wat verdrietigs aan de hand is en al biddend hopen dat het tij alsnog keert. Nu zei mijn schoonmoeder altijd: bidden in nood helpt geen kloot. Dus heb ik die woorden ter harte genomen. Trouwens een kaarsje aansteken in de Sint Jan is niet goedkoop meer. Een noveenkaars bijvoorbeeld kost je 6 euro, maar dan brandt deze wel negen dagen in de Mariakapel. Daar ziet de koster op toe. Dat laatste moet je dan maar geloven!

Om nog even in de kleuren wit en blauw te blijven. Vroeger - en dan heb over de jaren zestig van de vorige eeuw - droegen veel meisjes in Den Bosch en andere steden in Zuid-Nederland blauw-witte kleren. Dit had kennelijk een reden. Ze geloofden namelijk dat je dan ‘onder bescherming van de heilige maagd Maria’ stond. Of de meisjes dat echt zelf geloofden waag ik me te betwijfelen. Ik denk eerder dat de ouders dat zichzelf hadden wijsgemaakt met dank aan de toen nog invloedrijke pastoor. De pastoor is er nog steeds, alleen luistert bijna niemand meer naar hem. Maria daarentegen heeft alle beeldenstormen doorstaan en biedt nog steeds mensen troost in bange dagen. En die bange dagen lijken talrijker te worden!




Hoop!

Wat doen de meeste mensen op een dinsdagavond in januari terwijl het buiten tegen het vriespunt aanschuurt? Dan maak je vast nog geen planne...