Fotograaf Hans Aarsman heeft een rubriek in de Volkskrant. Eenmaal per 14 dagen analyseert hij een foto die er in zijn ogen toe doet. Hij verstaat de kunst om een foto interessant en spannend te maken voor de lezer. Maar vaak kijk je heel kort naar een foto bij een artikel. Normaal kijk je, als het een mooie foto is, iets langer. Daarna sla je de pagina om. Dan heb je in feite 99% van wat er te zien gemist. Zo gaat het meestal. Na een analyse van een foto door Hans Aarsman ga je er anders naar kijken. Zijn laatste foto in de Volkskrant gaat over Caroline van der Plas en haar chauffeur. Ze zitten samen in een auto en vertrekken bij het Catshuis na het afgesproken asielakkoord.
De analyse van Hans Aarsman bij de foto: 'Het is een half uur na middernacht als Caroline van der Plas voor het Catshuis in een auto met chauffeur stapt. Het asielbeleid is erdoor, ze kan naar huis worden gereden. Buiten de poort staat de pers te wachten. Het raampje gaat naar beneden, de microfoons gaan naar binnen. Boven Caroline brandt een klein maar fel lampje, de binnenverlichting staat aan. Was ze iets aan het lezen. Opvallend dat aan Carolines kant de binnenverlichting brandt en aan de kant van de bestuurder niet. Daar zit net zo’n lampje. Maar welke reporter zou een vraag willen stellen aan een chauffeur? Toch is deze man niet de eerste de beste. Het is Henk Vermeer, mede-oprichter van BBB en rechterhand van fractievoorzitter Van der Plas’.
Nu probeer ik, net als Hans Aarsman, de foto bij deze column wat nader te belichten. Vorige week zaterdag was er ter gelegenheid van de 80-jarige bevrijding van Den Bosch in de binnenstad een grote parade van oude legervoertuigen. Langs de kant stonden honderden mensen. Het leek wel bevrijdingsdag. Tanks, jeeps en motoren trokken voorbij. Het was heel indrukwekkend allemaal. Zo te zien was alles keurig onderhouden, alsof het niets had geleden onder de oorlog. Maar dat onderhouden kun je wel overlaten aan hobbyisten van legervoertuigen. Het zou niet mijn ding zijn, maar misschien zijn dit mensen die op een of andere manier de oorlog levend willen houden. Nou, daar hoeven ze in het huidige tijdsgewricht niet veel voor te doen.
Ik stond ook langs de kant en heb een paar foto’s gemaakt van de indrukwekkende stoet, totdat mijn oog getrokken werd naar een man in een legergroen uniform op een dito legergroene fiets. Ik maakte een foto van hem. Hij keek wat onwennig rond. Had hij de verkeerde afslag genomen? Wat doe ik hier, zal hij hebben gedacht. De man had een rode baret op zijn hoofd en om zijn rechter bovenarm zat een Rode Kruis band. Aan zijn stuur hing een legerpukkel met daarin waarschijnlijk eerste hulp spullen. Hij was niet de jongste meer. Als een echte veteraan riep de man het beeld op van iemand die zo uit de Tweede Wereldoorlog was gelopen. Zijn ogen werden afgeschermd door een zonnebril. Dat maakte hem wel stoer. Een paar mensen om hem heen keken verbaasd naar de man. Wat doet hij hier? En terwijl ik hem observeerde dacht ik: de goede man is inderdaad de weg kwijt, maar dat zijn er tegenwoordig meer.