zaterdag 21 maart 2020

Aan de wandel


Mijn balorigheidvirus heeft de benen genomen. Nu nog het coronavirus, maar dat is voorlopig wishful thinking. Vanmiddag nodigde het zonnetje, hoog aan de blauwe hemel, mij uit om een stevige wandeling te maken van minstens 10.000 stappen. Dat is gelukt, al moest dat wel in twee fases. Ik moest namelijk ontzettend naar het toilet. Gelukkig was ik in de buurt van mijn appartement waar het toiletpapier mij toelachte. Ik ben namelijk, toen ik terugkwam uit Lissabon, subiet naar AH gegaan om 24 rollen toiletpapier te kopen. En aangezien we steeds meer in statistieken zijn gaan denken heb ik uitgerekend dat ik hiermee zo’n 96 dagen vooruit kan. Het is wel zo dat ik in dit scenario mijn vrouw niet heb meegerekend, maar die gebruikt altijd minder toiletpapier dan ik. Dat gegeven kan ik dus uitvegen!

Goed. Daarna ben ik weer aan de wandel om mijn 10.000 stappen te realiseren. Het aantal mensen wat ik op straat tegenkwam was klein, maar het hield mij wel alert. Op de Koningsweg zag ik twee vrouwelijke vijftigers elkaar naderen. Vrouw 1: ‘hoi, hoe gaat het met jou? Dat is een poos geleden. Kom hier dan krijg je een knuffel’. Dat gebeurde ook. Vrouw 2 was verrast en verbaasd. ‘Waarom doe ik dat nu’, zei vrouw 1. ‘Ik volg de richtlijnen van het RIWV’. ‘Nu even niet’, zei vrouw 2. Ik liep maar snel door. Op de brug bij de Handelskade hoorde ik twee jonge mensen ruzie met elkaar maken. ‘Waarom ben je nu boos? Is dat omdat de kleur van je tasje niet mooi vind?’ Het meisje bleef boos kijken en had geen enkele zin om te reageren. Aha, dacht ik: ook jonge mensen voelen de toenemende virus spanning. 

Een kwartiertje later was ik bij het Bastion Oranje aan de Zuidwal. Het zonnetje scheen nog steeds hartverwarmend. Op een bankje zaten twee hippie-achtig geklede jonge mensen. Hun hond stond op gepaste afstand aangelijnd, op zo’n anderhalve meter. De man speelde gitaar en samen zongen ze ‘Fire’ van Bruce Springsteen. Eigenlijk een heel toepasselijk liedje in deze voor veel mensen zwaarbewolkte tijd. Het klonk fraai en dat liet ik hen ook merken. De man lachte schaapachtig en de vrouw keek mij niet begrijpend aan. Bijna thuis kwam ik ze weer tegen. Ze spraken Engels met elkaar. Ik zag dat de vrouw mij herkende en misschien wel dacht: wat zei die man eigenlijk? It was nice!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Wanneer ik de tune ‘Hoe gaat ie met de formatie’? hoor in de Avondshow van Arjen Lubach word ik altijd onwijs vrolijk. Op het tv-scherm kome...